door Jascha Albracht, cellist Metropole Orkest
Het was te verwachten: met mij verdwijnt ook het mooie weer uit Londen. In de regen staan we met onze bagage aan het Strand (de straat van ons hotel dus), te wachten op de bus. Ik heb me wederom aan het Engelse ontbijt gewaagd, een goede bodem voor de lange reis naar huis. Pauline Terlouw vertelde me gisteren dat ze het personeel hoorde verzuchten dat er vrijdagochtend 840 mensen kwamen ontbijten. Dat vergt een organisatie die met bijna militaire precisie wordt uitgevoerd. Ik zie een hoop vermoeide maar tevreden gezichten. Ondanks de exorbitante prijzen in de hotelbar is het nog heel gezellig geworden vannacht.
Eenmaal in de bus sijpelen er nog wat nieuwtjes over de afgelopen dagen naar buiten. Zo begon het concert van gisteravond te laat omdat Gert Jan Blom zijn bril in een restaurant had laten liggen. En de voeding van Jules' notebook (waarmee we de ‘klik’ op onze oortjes krijgen) bleek stuk, waardoor er op het einde van het concert nog 7 minuten van de accu over zijn: op het nippertje... Ook opmerkelijk: bij het concert van donderdag waren de twee broers van David Peijnenborgh aanwezig. Bij het concert van vrijdag waren de twee broers van Jules Buckley aanwezig. De in Londen traditioneel uitstekende expertise op het gebied van strijkinstrumenten is eveneens goed benut. Norman heeft research naar 4- en 5-snarige carbon altviolen gedaan en Erica heeft haar viool bij een van werelds beste taxateurs, Charles Bears, laten onderzoeken op exacte herkomst. Was het nou de Italiaanse of toch de Nederlandse school? Interessante vraag voor iemand die haar leven uitgerekend tussen die beide landen verdeelt (het blijkt Holland te zijn overigens).
We ontvangen ook nog de felbegeerde cd. “Die kunnen jullie lekker de hele zomer gaan draaien!” zegt Sophie erbij. Ik scheur het cellofaan eraf om de toelichtingen te lezen. Die blijken er niet te zijn. Twee instituten die zo beroemd zijn behoeven natuurlijk geen nadere toelichting. De muziek spreekt voor zichzelf. Ik had het kunnen weten. Hoornist Pieter Hunfeld leest vanaf zijn telefoon de aanhef voor van de eerste recensie die vanmorgen is verschenen: Fabulous! Dat zegt inderdaad genoeg... Van onze andere hoornist, Roel Koster, krijg ik later een lovende CD- recensie uit de Independent van vrijdag in m’n handen gedrukt. Ik citeer: “.. this marvellous project with the 60-piece Metropole Orkest, the forward-thinking Dutch ensemble..”
De overtocht vanuit Dover is in het begin tamelijk woest te noemen, maar naarmate we Calais naderen wordt het rustiger. Wel blijft het onveranderlijk stortregenen. De meeste orkestleden sluiten het Engelse avontuur af met een bord “fish en chips” Na mijn ontbijt waag ik me daar echter niet meer aan. In plaats daarvan nestel ik me in een stoel aan het raam om naar de zwalkende mensen links van me - èn de opspattende schuimkragen langs de schommelende Ferry rechts van me - te kijken. In Calais werp ik vanuit de bus nog een blik naar het hek waar Paul van der Feen op de heenweg overheen is gesprongen. Ik geloof dat mijn schatting van ruim een meter wel heel erg behoudend was, maar de 2.80 meter waar Paul gisteren zelf mee aan kwam zetten lijkt me toch erg royaal..
Opeens schalt de stem van Jules door de luidspreker, hij verontschuldigt zich dat ie wegens flinke koppijn niet in staat was ons vanochtend uit te zwaaien. Ik hoop beslist dat hij het nationale ontbijt heeft genomen... Hij feliciteert ons met gisteravond. Het is een ongelofelijk groot succes geworden. Als devies voor de zomer geeft hij mee: lekker uitrusten.
Een uitstekend plan.
> METRO-blog #5 (deel 2) > METRO-blog # 5 (deel 1) > METRO-blog #4 (deel 2)
> METRO-blog #4 (deel 1) > METRO-blog #3 > METRO-blog #2 > METRO-blog #1
zaterdag 16 juli 2011
METRO-blog #5 (deel 2): "Het publiek is onder de indruk van crazy clavecimbel-solo"
door Jascha Albracht, cellist Metropole Orkest
Terwijl de afterparty in de bar van het hotel pas net een beetje op stoom begint te komen, is uw reporter reeds vroegtijdig afgenokt om toch nog een stukje te schrijven. Nu de sfeer van een kolkend Barbican nog nazindert in mijn hoofd, probeer ik te bevatten dat nu het seizoen voorbij is. Een fantastisch seizoen; Henk Schepers refereerde er ’s middags in een korte speech aan: “Under pressure things become fluent..” Het orkest heeft een voortreffelijke serie concerten neergezet vanaf het moment dat de berichten omtrent structurele steun van (onder andere) de regering steeds verder afbrokkelden. Om dan zo succesvol en hoogstaand het seizoen te beëindigen in een stijf uitverkochte Barbican Hall voelt als een morele genoegdoening. Het publiek is razend enthousiast.
Na afloop begeef ik me naar boven waar een DJ het publiek vermaakt met ronkende afterbeats. Ik loop niemand minder dan Jonathan Jeremiah tegen het lijf, onze North Sea Jazz star. Hij is dolenthousiast over het optreden. Felix Buxton kijkt ook zeer blij en de solisten incasseren vele complimenten. Mister ‘gateau au chocolat’ heeft wederom met zijn idiote gouden “Bigfoot” uitdossing voor totale gekte gezorgd. Herman poseert trots met ‘zijn’ danseres, of is het andersom? Ze vormden ook deze avond een geweldige stijlvolle eenheid. Ik mag ook niet vergeten te noemen: Joke Schonewille, met briljante harpsoli. En wat te denken van Sjoerd Dijkhuizen, die Leo Jansen met verve vervangt deze tour. Hij is buitengewoon op dreef in zijn solo in het afsluitende Sambanummer. Een andere invaller speelt al even fantastisch: drummer Chris Strik. Het publiek is ook danig onder de indruk van een crazy clavecimbel-solo van Hans Vroomans. Totally wicked! Ik vergeet bijna nog te vermelden dat er ook een koor prachtig heeft staan zingen twee dagen. Alleen die zwarte balkjes voor hun ogen, die vat ik nog steeds niet helemaal. Ongetwijfeld een Basement Jaxx ideetje.
De absolute ster van deze tour is toch waarschijnlijk wel Jules Buckley. Dit alles is dankzij hem tot stand gekomen. Daarmee komt hij wat mij betreft definitief op 2-1 (scheelt mij ook weer een hoop gedoe ;-) Hulde! Nu moet ie dit wel nog effe lezen natuurlijk. We gaan Jules missen in het najaar, dan heeft ie een paar maanden klussen elders op de wereld dan in onze MCO 3 basement... Nu maar eens mijn bed opzoeken, morgen wacht nog een slordige elf-en-een-half uur durende terugreis...
> METRO-blog # 5 (deel 1) > METRO-blog #4 (deel 2) > METRO-blog #4 (deel 1)
> METRO-blog #3 > METRO-blog #2 > METRO-blog #1
Terwijl de afterparty in de bar van het hotel pas net een beetje op stoom begint te komen, is uw reporter reeds vroegtijdig afgenokt om toch nog een stukje te schrijven. Nu de sfeer van een kolkend Barbican nog nazindert in mijn hoofd, probeer ik te bevatten dat nu het seizoen voorbij is. Een fantastisch seizoen; Henk Schepers refereerde er ’s middags in een korte speech aan: “Under pressure things become fluent..” Het orkest heeft een voortreffelijke serie concerten neergezet vanaf het moment dat de berichten omtrent structurele steun van (onder andere) de regering steeds verder afbrokkelden. Om dan zo succesvol en hoogstaand het seizoen te beëindigen in een stijf uitverkochte Barbican Hall voelt als een morele genoegdoening. Het publiek is razend enthousiast.
Na afloop begeef ik me naar boven waar een DJ het publiek vermaakt met ronkende afterbeats. Ik loop niemand minder dan Jonathan Jeremiah tegen het lijf, onze North Sea Jazz star. Hij is dolenthousiast over het optreden. Felix Buxton kijkt ook zeer blij en de solisten incasseren vele complimenten. Mister ‘gateau au chocolat’ heeft wederom met zijn idiote gouden “Bigfoot” uitdossing voor totale gekte gezorgd. Herman poseert trots met ‘zijn’ danseres, of is het andersom? Ze vormden ook deze avond een geweldige stijlvolle eenheid. Ik mag ook niet vergeten te noemen: Joke Schonewille, met briljante harpsoli. En wat te denken van Sjoerd Dijkhuizen, die Leo Jansen met verve vervangt deze tour. Hij is buitengewoon op dreef in zijn solo in het afsluitende Sambanummer. Een andere invaller speelt al even fantastisch: drummer Chris Strik. Het publiek is ook danig onder de indruk van een crazy clavecimbel-solo van Hans Vroomans. Totally wicked! Ik vergeet bijna nog te vermelden dat er ook een koor prachtig heeft staan zingen twee dagen. Alleen die zwarte balkjes voor hun ogen, die vat ik nog steeds niet helemaal. Ongetwijfeld een Basement Jaxx ideetje.
De absolute ster van deze tour is toch waarschijnlijk wel Jules Buckley. Dit alles is dankzij hem tot stand gekomen. Daarmee komt hij wat mij betreft definitief op 2-1 (scheelt mij ook weer een hoop gedoe ;-) Hulde! Nu moet ie dit wel nog effe lezen natuurlijk. We gaan Jules missen in het najaar, dan heeft ie een paar maanden klussen elders op de wereld dan in onze MCO 3 basement... Nu maar eens mijn bed opzoeken, morgen wacht nog een slordige elf-en-een-half uur durende terugreis...
> METRO-blog # 5 (deel 1) > METRO-blog #4 (deel 2) > METRO-blog #4 (deel 1)
> METRO-blog #3 > METRO-blog #2 > METRO-blog #1
vrijdag 15 juli 2011
METRO-blog #5 (deel 1): "De Van Goghs, Rembrandts en Vermeers vliegen je om de oren"
door Jascha Albracht, cellist Metropole Orkest
Vanochtend eindelijk erin geslaagd goed uit te slapen. Veel orkestleden klagen over de warmte in hun kamer ’s nachts. Ik heb daar gelukkig geen last van. Het weer is overigens vandaag ook ongelofelijk goed. Het verbaast mij niet. Ik heb een goed gesternte met het reizen naar Engeland: telkens als ik ga is het mooi weer. In mijn beleving is het een zonovergoten eiland. Ik ben slechts èèn keer teleurgesteld, tijdens een auditie in Manchester voor de BBC Philharmonic. Toen was het weer geheel overeenkomstig het auditieresultaat.
Bij het ontbijt deel ik de tafel met collega Norman en een zeer reislustige Engelsman. Vorige week in Pompeï, nu even een dagje Londen en vanmiddag naar Dublin. Hij is naar eigen zeggen totaal a-muzikaal, maar meldt wel trots dat zijn grootvader organist van de Westminster Abbey is geweest en zijn vriendin cello en piano speelt. Het Metropole Orkest kent ie ook. Op zijn aanraden probeer ik ‘the typical English breakfast’. “Werkt uitstekend tegen een kater”, voegt hij eraan toe. Hij legt uit dat hij dit thuis ook niet eet, alleen in hotels. Ik moet toegeven: het smaakt beslist niet slecht! Hij is vol lof over het hotel. Waarom zou je meer dan 400 pond betalen voor een overnachting in het tegenovergelegen Savoy? De ligging is hier fantastisch. Het Walldorf is volgens hem ook een goede optie, grandeur uit vroeger tijden, met de betaalbare Hilton-prijzen. Hij is overduidelijk een doorgewinterde hotelgast. Dat ene hotel in Amsterdam was ook lang niet slecht, aan de rivier, iets met een A... Laat me raden: het Amstel hotel?
In de lobby tref ik Anton Kok, directeur van het Muziekcentrum van de Omroep. Hij was gisteravond aanwezig bij ons concert en heeft waarlijk genoten. Nu heeft hij een afspraak met de BBC. Ik wandel Covent Garden in met allerlei fantastische boetiekjes en de prachtige Piazza. Via St Martin in the Fields (ja ja, van die academy..) kuier ik de National Gallery binnen. Ongelofelijk dat je zomaar gratis naar binnen kan. De Van Goghs, Rembrandts, Vermeers, Da Vinci’s en Monets vliegen je om de oren. Ik ben laatst in het Prado in Madrid geweest, maar wat hier hangt kan er beslist mee concurreren. Mijn vrouw heeft om drie dingen uit Engeland gevraagd: verse scones, Cadbury chocolade en Twinings tea. Een even kijken waar ik dat ga halen.
Volgens mij heb ik in de euforische beschrijving van gisteravond verzuimd te vertellen dat Jules gisteren zijn achterstand op Felix heeft ingelopen. Het staat 1 – 1. Jules liet tijdens de generale op zeer professionele wijze weten dat hij de baas was in de Barbican Hall. Zowel Felix als de rookmachine-meneer Jason werden vriendelijk doch heel dwingend gesommeerd om zich aan the ‘rules by Jules’ te houden. Veel blazers hadden ongelofelijke last van de grote hoeveelheid rook die als een soort deken over het podium hing. Bijzonder onaangenaam, en beslist onnodig. Trompettist Ray Bruinsma vertelde achteraf dat het een soort universeel gegeven is dat alle rookmachine guys zichzelf vreselijk belangrijk vinden; dat leidt steeds weer tot verregaande conflicten, want de blazers raken er in alle opzichten zeer geïrriteerd door. Nu maar hopen dat het vandaag meevalt...
> METRO-blog #4 (deel 2) > METRO-blog #4 (deel 1) > METRO-blog #3
> METRO-blog #2 > METRO-blog #1
Vanochtend eindelijk erin geslaagd goed uit te slapen. Veel orkestleden klagen over de warmte in hun kamer ’s nachts. Ik heb daar gelukkig geen last van. Het weer is overigens vandaag ook ongelofelijk goed. Het verbaast mij niet. Ik heb een goed gesternte met het reizen naar Engeland: telkens als ik ga is het mooi weer. In mijn beleving is het een zonovergoten eiland. Ik ben slechts èèn keer teleurgesteld, tijdens een auditie in Manchester voor de BBC Philharmonic. Toen was het weer geheel overeenkomstig het auditieresultaat.
Bij het ontbijt deel ik de tafel met collega Norman en een zeer reislustige Engelsman. Vorige week in Pompeï, nu even een dagje Londen en vanmiddag naar Dublin. Hij is naar eigen zeggen totaal a-muzikaal, maar meldt wel trots dat zijn grootvader organist van de Westminster Abbey is geweest en zijn vriendin cello en piano speelt. Het Metropole Orkest kent ie ook. Op zijn aanraden probeer ik ‘the typical English breakfast’. “Werkt uitstekend tegen een kater”, voegt hij eraan toe. Hij legt uit dat hij dit thuis ook niet eet, alleen in hotels. Ik moet toegeven: het smaakt beslist niet slecht! Hij is vol lof over het hotel. Waarom zou je meer dan 400 pond betalen voor een overnachting in het tegenovergelegen Savoy? De ligging is hier fantastisch. Het Walldorf is volgens hem ook een goede optie, grandeur uit vroeger tijden, met de betaalbare Hilton-prijzen. Hij is overduidelijk een doorgewinterde hotelgast. Dat ene hotel in Amsterdam was ook lang niet slecht, aan de rivier, iets met een A... Laat me raden: het Amstel hotel?
In de lobby tref ik Anton Kok, directeur van het Muziekcentrum van de Omroep. Hij was gisteravond aanwezig bij ons concert en heeft waarlijk genoten. Nu heeft hij een afspraak met de BBC. Ik wandel Covent Garden in met allerlei fantastische boetiekjes en de prachtige Piazza. Via St Martin in the Fields (ja ja, van die academy..) kuier ik de National Gallery binnen. Ongelofelijk dat je zomaar gratis naar binnen kan. De Van Goghs, Rembrandts, Vermeers, Da Vinci’s en Monets vliegen je om de oren. Ik ben laatst in het Prado in Madrid geweest, maar wat hier hangt kan er beslist mee concurreren. Mijn vrouw heeft om drie dingen uit Engeland gevraagd: verse scones, Cadbury chocolade en Twinings tea. Een even kijken waar ik dat ga halen.
Volgens mij heb ik in de euforische beschrijving van gisteravond verzuimd te vertellen dat Jules gisteren zijn achterstand op Felix heeft ingelopen. Het staat 1 – 1. Jules liet tijdens de generale op zeer professionele wijze weten dat hij de baas was in de Barbican Hall. Zowel Felix als de rookmachine-meneer Jason werden vriendelijk doch heel dwingend gesommeerd om zich aan the ‘rules by Jules’ te houden. Veel blazers hadden ongelofelijke last van de grote hoeveelheid rook die als een soort deken over het podium hing. Bijzonder onaangenaam, en beslist onnodig. Trompettist Ray Bruinsma vertelde achteraf dat het een soort universeel gegeven is dat alle rookmachine guys zichzelf vreselijk belangrijk vinden; dat leidt steeds weer tot verregaande conflicten, want de blazers raken er in alle opzichten zeer geïrriteerd door. Nu maar hopen dat het vandaag meevalt...
> METRO-blog #4 (deel 2) > METRO-blog #4 (deel 1) > METRO-blog #3
> METRO-blog #2 > METRO-blog #1
METRO-blog #4 (deel 2): "Het Metropole in topvorm kan alles en is steengoed!"
door Jascha Albracht, cellist Metropole Orkest
Terug op mijn hotelkamer, na een werkelijk waanzinnig concert. Fan-tas-tisch!! Het publiek ging helemaal uit zijn dak en het orkest heeft zich in al zijn veelzijdigheid met absolute topkwaliteit laten horen. Het Metropole in topvorm kan alles en is steengoed! Heerlijk om deel van uit te maken. Hulde aan onze voortreffelijke dirigent Jules Buckley. Hij bespeelt moeiteloos het publiek, dirigeert onberispelijk en staat zelf ook nog te genieten. Dat doen weinigen hem na. Omdat de sound check onder grote tijdsdruk verloopt heeft Jules geen tijd om zich nog druk te maken over zijn door mij benoemde symbolische 1-0 achterstand op Felix (die overigens als een ADHD'er over het podium heen en weer springt en aan de lopende band met laatste aanwijzingen strooit..) Vandaag ontspring ik de dans ;-)
We lopen behoorlijk uit, maar het orkest stelt zich ongelofelijk flexibel op. Tijd om te dineren is er niet meer, maar niemand die er moeilijk over doet. Voor vier orkestleden is het zelfs helemaal geen enkel bezwaar, zij blijken gisteravond zowaar op een van de beste plekken in Londen te hebben gedineerd. Jan Bastiani vertelt me doodleuk dat hij met Jelle, Henk en Jan Hollander in het restaurant van zijn favoriete chef, Heston Blumenthal is geweest, een van de drie beste chefs ter wereld. Hoe heeft ie dat nou weer geregeld??? Nou gewoon, effe bellen. Ik sta perplex. Jan heeft vanuit de bus op het juiste moment het restaurant (Dinner by Heston) nabij Hyde Park gebeld en het voor elkaar gekregen om een tafel te reserveren toen er zich net op dat moment een afzegging voordeed. Tactisch!! Overbodig te vragen of het gezelschap goed gedineerd heeft... Zie bijgevoegde foto van het hoofdgerecht Spiced Pigeon (c.1780), Ale and artichokes (als ik me niet vergis althans)
Bij de laatste repetitie in Hilversum gingen we trouwens ook al ruim langer door dan op het schema stond; het was geen probleem. Ik ben trots op mijn orkest, een grootse opstelling na zo’n zwaar seizoen, zowel fysiek als emotioneel. Tijdens de soundcheck blijkt dat er een interessant puikje artiesten van zeer divers pluimage is opgetrommeld om de muziek zowel vocaal als dansant te versterken. De meest in het oog springende figuur is toch wel een enorm robuuste (lees: gezette) zanger die onder de hilarische titel ‘Gateau au chocolat’ door het (artiesten)leven gaat. Hij draagt tijdens het concert de meest belachelijke kostuums die ik ooit gezien heb: een monsterlijk grote roze tutu, dan een nauwsluitend geel glitterpak uit een stuk, en later een potsierlijke outfit in de kleuren van de Union Jack. En dat met een geschat gewicht van ruim 150 kilo, help! Ik laat graag aan uw verbeelding over hoe dat eruit gezien heeft.
Verder spot ik een klassieke balletdanseres, die het bal opent met Mozart’s tea party. Ah, dat werkt in ons voordeel! Het blijkt dat ze ook zal dansen tijdens de solo van violist Herman van Haaren. Voor aanvang van het concert zegt Herman een beetje sceptisch tegen me dat Felix Buxton hem heeft bevolen dat hij eigenlijk niet zo veel mag doen, het wordt maar een solootje van driekwart minuut. Het tegendeel is waar: Herman tovert minutenlang een even verbluffende als briljante improvisatie uit zijn instrument; helemaal waanzinnig!!! Hij lijkt me in ieder geval zéér geïnspireerd. Hetzelfde geldt voor Bastiaan, die het bal mag openen, na een korte aftrap. Hij is op zijn beurt gekoppeld aan een soort jonge danser die gezien de vele vertoonde salto’s ook zo acrobaat had kunnen worden. Het stuwt mijn aanvoerder naar grote hoogten, ook letterlijk trouwens. Het klankenpalet van de cello wordt met verve benut!
Door het hele concert heen brengen diverse orkestleden ongelofelijke solo’s ten gehore. Ik noem wat willekeurige momenten: Marc Scholten laat het publiek duizelen in Balkanstijl en Jasper Soffers swingt het dak eraf in de afsluitende samba. Het publiek is na afloop door het dolle heen, hoe kan het ook anders. Op de afterparty heerst een uitgelaten sfeer. De meesten zijn er nu al van overtuigd dat dit een hoogtepunt in de Metropole geschiedenis is.
Deze keer nu dan toch maar proberen om een beetje uit te slapen morgen...
> METRO-blog #4 (deel 1) > METRO-blog #3 > METRO-blog #2 > METRO-blog #1
Terug op mijn hotelkamer, na een werkelijk waanzinnig concert. Fan-tas-tisch!! Het publiek ging helemaal uit zijn dak en het orkest heeft zich in al zijn veelzijdigheid met absolute topkwaliteit laten horen. Het Metropole in topvorm kan alles en is steengoed! Heerlijk om deel van uit te maken. Hulde aan onze voortreffelijke dirigent Jules Buckley. Hij bespeelt moeiteloos het publiek, dirigeert onberispelijk en staat zelf ook nog te genieten. Dat doen weinigen hem na. Omdat de sound check onder grote tijdsdruk verloopt heeft Jules geen tijd om zich nog druk te maken over zijn door mij benoemde symbolische 1-0 achterstand op Felix (die overigens als een ADHD'er over het podium heen en weer springt en aan de lopende band met laatste aanwijzingen strooit..) Vandaag ontspring ik de dans ;-)
We lopen behoorlijk uit, maar het orkest stelt zich ongelofelijk flexibel op. Tijd om te dineren is er niet meer, maar niemand die er moeilijk over doet. Voor vier orkestleden is het zelfs helemaal geen enkel bezwaar, zij blijken gisteravond zowaar op een van de beste plekken in Londen te hebben gedineerd. Jan Bastiani vertelt me doodleuk dat hij met Jelle, Henk en Jan Hollander in het restaurant van zijn favoriete chef, Heston Blumenthal is geweest, een van de drie beste chefs ter wereld. Hoe heeft ie dat nou weer geregeld??? Nou gewoon, effe bellen. Ik sta perplex. Jan heeft vanuit de bus op het juiste moment het restaurant (Dinner by Heston) nabij Hyde Park gebeld en het voor elkaar gekregen om een tafel te reserveren toen er zich net op dat moment een afzegging voordeed. Tactisch!! Overbodig te vragen of het gezelschap goed gedineerd heeft... Zie bijgevoegde foto van het hoofdgerecht Spiced Pigeon (c.1780), Ale and artichokes (als ik me niet vergis althans)
Bij de laatste repetitie in Hilversum gingen we trouwens ook al ruim langer door dan op het schema stond; het was geen probleem. Ik ben trots op mijn orkest, een grootse opstelling na zo’n zwaar seizoen, zowel fysiek als emotioneel. Tijdens de soundcheck blijkt dat er een interessant puikje artiesten van zeer divers pluimage is opgetrommeld om de muziek zowel vocaal als dansant te versterken. De meest in het oog springende figuur is toch wel een enorm robuuste (lees: gezette) zanger die onder de hilarische titel ‘Gateau au chocolat’ door het (artiesten)leven gaat. Hij draagt tijdens het concert de meest belachelijke kostuums die ik ooit gezien heb: een monsterlijk grote roze tutu, dan een nauwsluitend geel glitterpak uit een stuk, en later een potsierlijke outfit in de kleuren van de Union Jack. En dat met een geschat gewicht van ruim 150 kilo, help! Ik laat graag aan uw verbeelding over hoe dat eruit gezien heeft.
Verder spot ik een klassieke balletdanseres, die het bal opent met Mozart’s tea party. Ah, dat werkt in ons voordeel! Het blijkt dat ze ook zal dansen tijdens de solo van violist Herman van Haaren. Voor aanvang van het concert zegt Herman een beetje sceptisch tegen me dat Felix Buxton hem heeft bevolen dat hij eigenlijk niet zo veel mag doen, het wordt maar een solootje van driekwart minuut. Het tegendeel is waar: Herman tovert minutenlang een even verbluffende als briljante improvisatie uit zijn instrument; helemaal waanzinnig!!! Hij lijkt me in ieder geval zéér geïnspireerd. Hetzelfde geldt voor Bastiaan, die het bal mag openen, na een korte aftrap. Hij is op zijn beurt gekoppeld aan een soort jonge danser die gezien de vele vertoonde salto’s ook zo acrobaat had kunnen worden. Het stuwt mijn aanvoerder naar grote hoogten, ook letterlijk trouwens. Het klankenpalet van de cello wordt met verve benut!
Door het hele concert heen brengen diverse orkestleden ongelofelijke solo’s ten gehore. Ik noem wat willekeurige momenten: Marc Scholten laat het publiek duizelen in Balkanstijl en Jasper Soffers swingt het dak eraf in de afsluitende samba. Het publiek is na afloop door het dolle heen, hoe kan het ook anders. Op de afterparty heerst een uitgelaten sfeer. De meesten zijn er nu al van overtuigd dat dit een hoogtepunt in de Metropole geschiedenis is.
Deze keer nu dan toch maar proberen om een beetje uit te slapen morgen...
> METRO-blog #4 (deel 1) > METRO-blog #3 > METRO-blog #2 > METRO-blog #1
donderdag 14 juli 2011
METRO-blog #4 (deel 1): "Ik verwacht dat ie kraaievals zal klinken, en jawel!"
door Jascha Albracht, cellist Metropole Orkest
Leve het bioritme... Ik word keurig rond half zeven wakker, het tijdstip waarop ik altijd opsta. Alleen is dat in Londen dus half zes. Beetje vroeg nog. Ik doezel nog wat door, maar zit rond kwart over zeven wel als eerste Metropoler aan het ontbijt. Het is echter al een drukte van belang. Met verbazing sla ik gade hoe iedereen zich rond dit tijdstip moeiteloos tegoed doet aan royaal opgeschepte borden met bruine bonen in tomatensaus, worstjes, spek en scrambled eggs. Hoe kan het dat al die mensen er nog zo slank uitzien? Het zal de werkstress wel zijn. Naast mij zit een zakenman vlug te eten terwijl hij zijn laptop open op zijn schoot heeft liggen.
Het tempo ligt hier hoog, vergeleken met Nederlandse steden lopen de mensen hier op straat bijzonder snel. Voor mijn lange benen overigens een zegen, want het is ongeveer mijn normale tempo. Tegenover het Strand Palace ligt het exquise Savoy Hotel, met dikke rijen opgestelde typisch Engelse taxi’s en dito butlers. Ik wandel via Fleet Street richting Holborn Circus. Reminiscenties aan Sweeney Todd. In november speelden we een Stephen Sondheim programma in Vredenburg met Jan Stulen. Met natuurlijk een aantal songs uit deze ietwat macabere musical over de 'blood barber of Fleet street’. Geweldige muziek trouwens!
Ik heb geen idee van de afstanden hier in Londen; op de kaart lijkt het alsof Barbican vlakbij ons hotel ligt. Als ik via Farringdon Station uiteindelijk het Barbican Center binnenwandel, heb ik er echter al ruim 25 minuten op zitten. Het is overduidelijk dat ik een wat al te Victoriaans idee heb gekoesterd van een imposante concertzaal met grote aangeplakte affiches in de trant van “The famous Metropole Orchestra featuring Basemant Jaxx”. De ligging is een stuk minder in het oog springend dan de Royal Festival Hall, waar we gisteren langs zijn gereden. Laten we het Barbican complex maar beschouwen als een soort kruising tussen de Jaarbeurs en een willekeurige universiteitsfaculteit. De mediastratege van het MCO, Marjolein Vencken, had me overigens al gewaarschuwd. Zij heeft hiernaast gestudeerd en gewoond. Affiches zijn ook niet echt meer 2011, waarschijnlijk gaat alles in dit genre tegenwoordig via social media. Ik zie in ieder geval niks.
Ik wandel via het Museum of London terug richting St. Pauls Cathedral. Toevallig heb ik gisteravond op intranet een krantenartikel gelezen over het bijzondere wereldwijde project Street piano’s, dat nu voor het eerst in Nederland is geïntroduceerd, en wel in mijn geboortestad. Het is een project waarbij in bepaalde steden op verschillende plaatsen piano’s op straat worden neergezet waar je vrijelijk op mag spelen als je zin hebt. Londen schijnt er reeds over te beschikken. Ik had nog nooit van dit project gehoord, maar als pianoliefhebber klinkt het erg leuk! Tot mijn verbazing wandel ik bij het museum plotsklaps tegen zo’n straatpiano aan. Een Bechstein nog wel (voor de pianokenners: dat zijn mooie instrumenten!). Tja: toch effe proberen. Ik verwacht dat ie kraaievals zal klinken, en jawel! Eigenlijk zou ik nu Liszt moeten spelen, want die was dol op valse piano’s. Maar na een paar maten Mendelssohn spring ik toch maar over op de meaple leaf rag van Scott Joplin. Ah.. dat is veel beter!!
Vanmiddag hebben we repetitie. Om 19.30 is dan het concert. Daarna ben ik weer bij u terug met deel twee van vandaag.
> METRO-blog #3 > METRO-blog #2 > METRO-blog #1
Leve het bioritme... Ik word keurig rond half zeven wakker, het tijdstip waarop ik altijd opsta. Alleen is dat in Londen dus half zes. Beetje vroeg nog. Ik doezel nog wat door, maar zit rond kwart over zeven wel als eerste Metropoler aan het ontbijt. Het is echter al een drukte van belang. Met verbazing sla ik gade hoe iedereen zich rond dit tijdstip moeiteloos tegoed doet aan royaal opgeschepte borden met bruine bonen in tomatensaus, worstjes, spek en scrambled eggs. Hoe kan het dat al die mensen er nog zo slank uitzien? Het zal de werkstress wel zijn. Naast mij zit een zakenman vlug te eten terwijl hij zijn laptop open op zijn schoot heeft liggen.
Het tempo ligt hier hoog, vergeleken met Nederlandse steden lopen de mensen hier op straat bijzonder snel. Voor mijn lange benen overigens een zegen, want het is ongeveer mijn normale tempo. Tegenover het Strand Palace ligt het exquise Savoy Hotel, met dikke rijen opgestelde typisch Engelse taxi’s en dito butlers. Ik wandel via Fleet Street richting Holborn Circus. Reminiscenties aan Sweeney Todd. In november speelden we een Stephen Sondheim programma in Vredenburg met Jan Stulen. Met natuurlijk een aantal songs uit deze ietwat macabere musical over de 'blood barber of Fleet street’. Geweldige muziek trouwens!
Ik heb geen idee van de afstanden hier in Londen; op de kaart lijkt het alsof Barbican vlakbij ons hotel ligt. Als ik via Farringdon Station uiteindelijk het Barbican Center binnenwandel, heb ik er echter al ruim 25 minuten op zitten. Het is overduidelijk dat ik een wat al te Victoriaans idee heb gekoesterd van een imposante concertzaal met grote aangeplakte affiches in de trant van “The famous Metropole Orchestra featuring Basemant Jaxx”. De ligging is een stuk minder in het oog springend dan de Royal Festival Hall, waar we gisteren langs zijn gereden. Laten we het Barbican complex maar beschouwen als een soort kruising tussen de Jaarbeurs en een willekeurige universiteitsfaculteit. De mediastratege van het MCO, Marjolein Vencken, had me overigens al gewaarschuwd. Zij heeft hiernaast gestudeerd en gewoond. Affiches zijn ook niet echt meer 2011, waarschijnlijk gaat alles in dit genre tegenwoordig via social media. Ik zie in ieder geval niks.
Ik wandel via het Museum of London terug richting St. Pauls Cathedral. Toevallig heb ik gisteravond op intranet een krantenartikel gelezen over het bijzondere wereldwijde project Street piano’s, dat nu voor het eerst in Nederland is geïntroduceerd, en wel in mijn geboortestad. Het is een project waarbij in bepaalde steden op verschillende plaatsen piano’s op straat worden neergezet waar je vrijelijk op mag spelen als je zin hebt. Londen schijnt er reeds over te beschikken. Ik had nog nooit van dit project gehoord, maar als pianoliefhebber klinkt het erg leuk! Tot mijn verbazing wandel ik bij het museum plotsklaps tegen zo’n straatpiano aan. Een Bechstein nog wel (voor de pianokenners: dat zijn mooie instrumenten!). Tja: toch effe proberen. Ik verwacht dat ie kraaievals zal klinken, en jawel! Eigenlijk zou ik nu Liszt moeten spelen, want die was dol op valse piano’s. Maar na een paar maten Mendelssohn spring ik toch maar over op de meaple leaf rag van Scott Joplin. Ah.. dat is veel beter!!
Vanmiddag hebben we repetitie. Om 19.30 is dan het concert. Daarna ben ik weer bij u terug met deel twee van vandaag.
> METRO-blog #3 > METRO-blog #2 > METRO-blog #1
woensdag 13 juli 2011
METRO-blog #3: "Bloggen is een gevaarlijke bezigheid, zoveel is duidelijk"
door Jascha Albracht, cellist Metropole Orkest
Hoewel het volgens mij voor de hand zou liggen om het luchtruim te kiezen met de grote hoeveelheid vliegbewegingen op Londense vliegvelden, gaan we dus vandaag per bus en boot de oversteek maken. Toch vind ik het een prima vooruitzicht: de laatste keer dat ik naar Londen ging miste ik mijn terugvlucht omdat ik nog even het British Museum wilde meepakken voor ik terugging. Vervolgens had de trein naar het vliegveld precies genoeg vertraging om niet meer te kunnen inchecken. Geen geweldige ervaring.
Sowieso zijn mijn reiservaringen van en naar Londen nogal gemengd. Zo heb ik jaren geleden op weg naar Nederland een dag met een kapotte fiets door de stad gezworven op zoek naar een betaalbaar hotel, toen de remnaaf niet meer goed functioneerde en ik in het heuvelachtige Welshe landschap besloot om veiligheidshalve rechtsomkeert te maken.
Om 9.30u vertrekt onze dubbeldecks touringcar vanaf het MCO richting België. De sfeer zit er snel goed in. Als we bij de Belgisch/Nederlandse grens nog enkele orkestleden oppikken is er benedendeks reeds een fles prosecco soldaat gemaakt. Op mijn gsm verschijnt een smsje van een mij onbekend nummer met landcode 44. Hmm.. Engels nummer. Iemand is geloof ik niet zo erg blij met mijn beschrijving van dag 2 op het blog: “Buxton 1 – 0 Buckley eh... you bastard! ;)”
Drie maal raden van wie dit berichtje afkomstig is... Ahum, ik geloof dat ik beter op het Europese vasteland kan blijven. Bloggen is een gevaarlijke bezigheid, zoveel is duidelijk.
Bij de grensovergang naar Engels gebied in Calais mogen we in lange rijen wachten voor de paspoortcontrole. Als we eindelijk weer naar buiten lopen demonstreert Paul van de Feen op onnavolgbare manier hoe je grenzen het beste kan beslechten door over een hek van minstens een meter hoog te springen. Jee wat had ik dat graag gefilmd! Dus niet alleen zijn saxofoonspel is supervirtuoos. En als hoogspringer en jazzvirtuoos niet genoeg zouden blijken te zijn kan hij beslist ook nog komiek worden.
Het binnenrijden van de Ferry gaat met de nodige (voor de hand liggende) grapjes gepaard: Metropole gaat de boot in! Orkest vlucht weg uit vaderland, etc.. We kunnen er hard om lachen, maar ergens merk ik dat er iets van een beklemmend gevoel in ligt verscholen. Het is toch een beetje beangstigend om dat bij mezelf te constateren, zeker nu we zo’n bijzondere tour tegemoet gaan. Een lange busreis biedt mogelijkheid tot reflectie. We hebben een waanzinnig seizoen achter de rug, maar de ontwikkelingen met betrekking tot de toekomst van het orkest zijn ongewis: ontegenzeggelijk met mogelijkheden, maar ook veel onduidelijkheden. Efin, het enige dat we als musici concreet kunnen doen is blijven pieken. Dat gaan we in Londen dus mooi weer twee keer doen!
De overtocht verloopt vlotjes, ondanks de nodige deining. Ik had nog nooit de krijtrotsen van Dover aanschouwt, ze zijn wat je noemt een mooie binnenkomer. Arlia vertelt dat je aan die rotsen zo mooi kan zien dat Engeland ooit aan het vasteland heeft gezeten. Goh, nooit geweten...
Na nog eens goed anderhalf uur rijden door liefelijk heuvelachtig landschap bereikt het Metropole de Britse Metropool. We blijken een buitengewoon goed ingevoerde (en aardige!) chauffeur te hebben. Hij gidst ons letterlijk en figuurlijk het centrum in via de befaamde Tower Bridge. Op Trafalgar Square is het traditiegetrouw een drukte van jewelste. Niet ver daarvandaan ligt ons hotel: het Strand Palace. Jules staat ons op te wachten. Dat is nog eens een goed ontvangstcomité! Nou ja, alleen voor mij niet dus: “You’re in trouble man..” zegt ie tegen me, terwijl hij Annie hartelijk begroet. Ik ga het wel merken morgen. In een onoverzichtelijke chaos stappen we uit en vissen onze koffers uit het bagageruim. Daarna inchecken en uitpakken. Nu even bijkomen...
> METRO-blog #2
> METRO-blog #1
Hoewel het volgens mij voor de hand zou liggen om het luchtruim te kiezen met de grote hoeveelheid vliegbewegingen op Londense vliegvelden, gaan we dus vandaag per bus en boot de oversteek maken. Toch vind ik het een prima vooruitzicht: de laatste keer dat ik naar Londen ging miste ik mijn terugvlucht omdat ik nog even het British Museum wilde meepakken voor ik terugging. Vervolgens had de trein naar het vliegveld precies genoeg vertraging om niet meer te kunnen inchecken. Geen geweldige ervaring.
Sowieso zijn mijn reiservaringen van en naar Londen nogal gemengd. Zo heb ik jaren geleden op weg naar Nederland een dag met een kapotte fiets door de stad gezworven op zoek naar een betaalbaar hotel, toen de remnaaf niet meer goed functioneerde en ik in het heuvelachtige Welshe landschap besloot om veiligheidshalve rechtsomkeert te maken.
Om 9.30u vertrekt onze dubbeldecks touringcar vanaf het MCO richting België. De sfeer zit er snel goed in. Als we bij de Belgisch/Nederlandse grens nog enkele orkestleden oppikken is er benedendeks reeds een fles prosecco soldaat gemaakt. Op mijn gsm verschijnt een smsje van een mij onbekend nummer met landcode 44. Hmm.. Engels nummer. Iemand is geloof ik niet zo erg blij met mijn beschrijving van dag 2 op het blog: “Buxton 1 – 0 Buckley eh... you bastard! ;)”
Drie maal raden van wie dit berichtje afkomstig is... Ahum, ik geloof dat ik beter op het Europese vasteland kan blijven. Bloggen is een gevaarlijke bezigheid, zoveel is duidelijk.
Bij de grensovergang naar Engels gebied in Calais mogen we in lange rijen wachten voor de paspoortcontrole. Als we eindelijk weer naar buiten lopen demonstreert Paul van de Feen op onnavolgbare manier hoe je grenzen het beste kan beslechten door over een hek van minstens een meter hoog te springen. Jee wat had ik dat graag gefilmd! Dus niet alleen zijn saxofoonspel is supervirtuoos. En als hoogspringer en jazzvirtuoos niet genoeg zouden blijken te zijn kan hij beslist ook nog komiek worden.
Het binnenrijden van de Ferry gaat met de nodige (voor de hand liggende) grapjes gepaard: Metropole gaat de boot in! Orkest vlucht weg uit vaderland, etc.. We kunnen er hard om lachen, maar ergens merk ik dat er iets van een beklemmend gevoel in ligt verscholen. Het is toch een beetje beangstigend om dat bij mezelf te constateren, zeker nu we zo’n bijzondere tour tegemoet gaan. Een lange busreis biedt mogelijkheid tot reflectie. We hebben een waanzinnig seizoen achter de rug, maar de ontwikkelingen met betrekking tot de toekomst van het orkest zijn ongewis: ontegenzeggelijk met mogelijkheden, maar ook veel onduidelijkheden. Efin, het enige dat we als musici concreet kunnen doen is blijven pieken. Dat gaan we in Londen dus mooi weer twee keer doen!
De overtocht verloopt vlotjes, ondanks de nodige deining. Ik had nog nooit de krijtrotsen van Dover aanschouwt, ze zijn wat je noemt een mooie binnenkomer. Arlia vertelt dat je aan die rotsen zo mooi kan zien dat Engeland ooit aan het vasteland heeft gezeten. Goh, nooit geweten...
Na nog eens goed anderhalf uur rijden door liefelijk heuvelachtig landschap bereikt het Metropole de Britse Metropool. We blijken een buitengewoon goed ingevoerde (en aardige!) chauffeur te hebben. Hij gidst ons letterlijk en figuurlijk het centrum in via de befaamde Tower Bridge. Op Trafalgar Square is het traditiegetrouw een drukte van jewelste. Niet ver daarvandaan ligt ons hotel: het Strand Palace. Jules staat ons op te wachten. Dat is nog eens een goed ontvangstcomité! Nou ja, alleen voor mij niet dus: “You’re in trouble man..” zegt ie tegen me, terwijl hij Annie hartelijk begroet. Ik ga het wel merken morgen. In een onoverzichtelijke chaos stappen we uit en vissen onze koffers uit het bagageruim. Daarna inchecken en uitpakken. Nu even bijkomen...
> METRO-blog #2
> METRO-blog #1
dinsdag 12 juli 2011
METRO-blog #2: "We hadden het nummer zo'n beetje weggemoffeld"
door Jascha Albracht, cellist Metropole Orkest
Vandaag de laatste repetitie in Hilversum voordat we naar Londen vertrekken om het Basement Jaxx repertoire te spelen. Voor diegenen die niet weten wie Basement Jaxx zijn: dit is een Brits dance duo, bestaande uit de DJ’s Felix Buxton en Simon Ratcliffe. Ze hebben een zeer diverse hoeveelheid muziek geproduceerd en zijn behoorlijk prettig gestoord. Beroemd zijn ze ook, vandaar dat je volgens mij wel kan spreken van een win-win situatie toen Jules ze benaderde om met het Metropole in zee te gaan: zij vinden het een eer om met ons te werken en vice versa!
Voor een beroemd dance duo heeft basement Jaxx echter wel een héél erg fout ‘dance’ nummer voor het orkest geschreven. Stel je maar iets voor als een mogelijk menuetje uit een hele vage remake van de film Amadeus. Het heet Mozart’s Tea party en is om meerdere redenen best wel fout te noemen:
- Het is gecomponeerd door Felix Buxton met het achterliggende idee van een klassiek orkest. Dat zijn we nu juist niet!
- Het is in klassieke stijl gecomponeerd, maar wel met hele foute harmonische wendingen
- De speeltechnische aanwijzingen en de dynamiek zijn zo mogelijk nog fouter
- Dan hebben we het ook maar niet over de titel: Mozart’s tea party…
- Het duurt anderhalve minuut, is dus eigenlijk een grote klucht
- Het past werkelijk totaal niet in het programma, laat staan dus op de cd.
Maar ja: Felix Buxton heeft het nu eenmaal speciaal geschreven. Hij is erg op zijn strepen gaan staan om het ook gespeeld te krijgen. Bij het concert in Eindhoven op 4 februari hadden we het al zo’n beetje weggemoffeld en dus niet gerepeteerd. Maar 1 minuut voor aanvang van de tweede helft van het concert werd het op voorstaan van Felix nog pats boem in het programma geschoven. Dit tot grote tegenzin van Jules Buckley, want we hadden er dus niets aan gedaan. Jules vertelde me gisteren dat Felix het nummer min of meer ook de cd heeft ingevochten, tot grote verbazing van iedereen. Maar, zo voegde Jules er aan toe: “Voor een Basement Jaxx fan maakt het niet uit, die zal het niet zo opvallen”. Daar houden we hem dan maar aan… Dit nummer is wat je zegt ‘not our cup of tea’, tegelijkertijd is dit wel weer in alle opzichten een typische Basement Jaxx actie.
Conclusie: Buxton – Buckley: 1 – 0. Wordt vervolgd…
Onze aanvoerder van de cello's, Bastiaan, heeft de eer om bij de concerten meteen na een korte orkestrale opening de toon te zetten met een lange geïmproviseerde cello-solo. Dit deed hij reeds op fantastische wijze in Eindhoven. Ik ben benieuwd wat hij deze twee concerten uit zijn mouw gaat schudden. Tijdens de North Sea Jazz repetities hoorde ik al een hoop cellopassages naast me die ik beslist niet kon rijmen met de muziek op de lessenaar. Zo te horen gaat Bastiaan het uitgebreide cellopalet goed benutten. Helaas kregen we vandaag tijdens de doorloop nog geen voorproefje wegens tijdgebrek. Er zit trouwens nòg een grote improvisatie-solo voor een van de strijkers in het programma, redelijk uniek eigenlijk. Deze zal worden gespeeld door onze onvolprezen violist en improvisator Herman van Haaren.
Morgenochtend om 9.00u vertrekken we vanaf het MCO met de bus richting boot. Ik heb uit de reisinstructie niet opgemaakt waar de boot vertrekt, maar afgaande op de vermelde vaartijd van 90 minuten gaan we de klassieke route via Calais en Dover nemen. Gelukkig heeft de bus een dvd speler aan boord...
> METRO-blog #1
Vandaag de laatste repetitie in Hilversum voordat we naar Londen vertrekken om het Basement Jaxx repertoire te spelen. Voor diegenen die niet weten wie Basement Jaxx zijn: dit is een Brits dance duo, bestaande uit de DJ’s Felix Buxton en Simon Ratcliffe. Ze hebben een zeer diverse hoeveelheid muziek geproduceerd en zijn behoorlijk prettig gestoord. Beroemd zijn ze ook, vandaar dat je volgens mij wel kan spreken van een win-win situatie toen Jules ze benaderde om met het Metropole in zee te gaan: zij vinden het een eer om met ons te werken en vice versa!
Voor een beroemd dance duo heeft basement Jaxx echter wel een héél erg fout ‘dance’ nummer voor het orkest geschreven. Stel je maar iets voor als een mogelijk menuetje uit een hele vage remake van de film Amadeus. Het heet Mozart’s Tea party en is om meerdere redenen best wel fout te noemen:
- Het is gecomponeerd door Felix Buxton met het achterliggende idee van een klassiek orkest. Dat zijn we nu juist niet!
- Het is in klassieke stijl gecomponeerd, maar wel met hele foute harmonische wendingen
- De speeltechnische aanwijzingen en de dynamiek zijn zo mogelijk nog fouter
- Dan hebben we het ook maar niet over de titel: Mozart’s tea party…
- Het duurt anderhalve minuut, is dus eigenlijk een grote klucht
- Het past werkelijk totaal niet in het programma, laat staan dus op de cd.
Maar ja: Felix Buxton heeft het nu eenmaal speciaal geschreven. Hij is erg op zijn strepen gaan staan om het ook gespeeld te krijgen. Bij het concert in Eindhoven op 4 februari hadden we het al zo’n beetje weggemoffeld en dus niet gerepeteerd. Maar 1 minuut voor aanvang van de tweede helft van het concert werd het op voorstaan van Felix nog pats boem in het programma geschoven. Dit tot grote tegenzin van Jules Buckley, want we hadden er dus niets aan gedaan. Jules vertelde me gisteren dat Felix het nummer min of meer ook de cd heeft ingevochten, tot grote verbazing van iedereen. Maar, zo voegde Jules er aan toe: “Voor een Basement Jaxx fan maakt het niet uit, die zal het niet zo opvallen”. Daar houden we hem dan maar aan… Dit nummer is wat je zegt ‘not our cup of tea’, tegelijkertijd is dit wel weer in alle opzichten een typische Basement Jaxx actie.
Conclusie: Buxton – Buckley: 1 – 0. Wordt vervolgd…
Onze aanvoerder van de cello's, Bastiaan, heeft de eer om bij de concerten meteen na een korte orkestrale opening de toon te zetten met een lange geïmproviseerde cello-solo. Dit deed hij reeds op fantastische wijze in Eindhoven. Ik ben benieuwd wat hij deze twee concerten uit zijn mouw gaat schudden. Tijdens de North Sea Jazz repetities hoorde ik al een hoop cellopassages naast me die ik beslist niet kon rijmen met de muziek op de lessenaar. Zo te horen gaat Bastiaan het uitgebreide cellopalet goed benutten. Helaas kregen we vandaag tijdens de doorloop nog geen voorproefje wegens tijdgebrek. Er zit trouwens nòg een grote improvisatie-solo voor een van de strijkers in het programma, redelijk uniek eigenlijk. Deze zal worden gespeeld door onze onvolprezen violist en improvisator Herman van Haaren.
Morgenochtend om 9.00u vertrekken we vanaf het MCO met de bus richting boot. Ik heb uit de reisinstructie niet opgemaakt waar de boot vertrekt, maar afgaande op de vermelde vaartijd van 90 minuten gaan we de klassieke route via Calais en Dover nemen. Gelukkig heeft de bus een dvd speler aan boord...
> METRO-blog #1
METRO-blog #1: “Ok, folks, have a look at the roadmap”
door Jascha Albracht, cellist Metropole Orkest
Na een zinderend North Sea Jazz weekend starten vandaag de repetities voor de concerten met Basement Jaxx in Londen. Het vormt de afsluiting van een zwaar (en tumultueus) seizoen, dat in artistiek opzicht vele hoogtepunten heeft gekend. De laatste weken zijn in sneltreinvaart verlopen, met wereldpremières van Markus Stockhausen op het Holland Festival en een zeer swingend orkest met Eric Vloeimans in de Robeco-serie (uitzending di 12 juli v.a. 20:00 uur op Radio 4!). Vorige week wisselden aanstormende talenten als Jonathan Jeremiah (29) zich af met oude rotten als Al Jarreau (71) en Jon Hendricks (bijna 90..) op het North Sea Jazz.
Aan mij de eer om verlag te mogen doen van het Londense avontuur van het Metropole Orkest.
We spelen twee concerten in de Barbican Hall tijdens het Blaze festival. Volgens onze dirigent Jules Buckley zijn beide concerten nagenoeg uitverkocht. Aanleiding voor deze optredens is de release van de cd Metropole VS Basement Jaxx. Oorspronkelijk zouden we al in november in de Royal Festival Hall spelen, maar omdat de release werd uitgesteld, betekent dit nu het toetje van het seizoen.
Jules heeft er overduidelijk zin in. Gisteren mailde hij een CD-review uit de Telegraph, die de cd hebben bestempeld tot cd van de week. Twee quotes: “Yet over the years the Metropole Orkest have worked with everyone from Charles Aznavour to Antony and the Johnsons, and – with assistance from conductor-arranger Jules Buckley of the Heritage Orchestra – this re-imagining of songs from Basement Jaxx’s 15-year career proves deliciously fruitful.”
“This unexpected outing is sparkling, rich, witty fun and evidence that the spotlight should rightly point back their way.”
Het is niet verwonderlijk dat het Metropole dit mede dankzij Jules kan realiseren. Ongelofelijk als je bedenkt dat hij voor een dirigent echt piepjong is (begin 30). Hij is werkelijk onvermoeibaar. Tijdens de repetities vandaag bemerk je echter ook lichte mate van spanning; nu moet hij het gaan waarmaken voor eigen publiek, in zijn thuishaven. Het orkest is vandaag nog eufoor van het North Sea Jazz, maar na een zwaar seizoen ogen veel musici vermoeid. De ontwikkelingen en bijbehorende emoties rondom de toekomst van het orkest lopen hier ook dwars doorheen. Vanochtend begint de repetitie ook nog met een toespraak van ruim 35 minuten door Anton Kok.
Maar de vrolijke en energieke muziek van Basement Jaxx is een prima oppepper. We hebben fantastische musici die het orkest deze week komen aanvullen en versterken, zoals Helma van de Brink, de fagottiste uit het Concertgebouworkest en Winnyfred (uit het Radio Phil) die onze cellogroep te elfder ure komt verblijden met haar aanwezigheid. Kortom: alle ingrediënten voor een geweldige tour!
Jules zorgt voor de nodige hilariteit: vorige week hebben zowel hij als chefdirigent Vince Mendoza voor het orkest gestaan, en elkaar dus ook in actie gezien. Dit is iets dat niet zo vaak voorkomt, aangezien we zelden twee compleet verschillende programma’s door elkaar in een week repeteren. Jules heeft in ieder geval goed opgelet: hij gebruikt expres opeens allerlei typische ‘Vince- uitdrukkingen’ zoals: “Ok, folks, have a look at the roadmap”, en “Take out your pencils folks, we are gonna do some surgery”. Overigens laat hij Vince’s meest legendarische wederkerige uitspraak ongebruikt: “I like my tempo better..”
Morgen de laatste repetitie in Hilversum, we hebben vandaag niet het hele programma kunnen doornemen. Dat wordt nog flink doorwerken!
> meer info over de concerten met Basement Jaxx
Na een zinderend North Sea Jazz weekend starten vandaag de repetities voor de concerten met Basement Jaxx in Londen. Het vormt de afsluiting van een zwaar (en tumultueus) seizoen, dat in artistiek opzicht vele hoogtepunten heeft gekend. De laatste weken zijn in sneltreinvaart verlopen, met wereldpremières van Markus Stockhausen op het Holland Festival en een zeer swingend orkest met Eric Vloeimans in de Robeco-serie (uitzending di 12 juli v.a. 20:00 uur op Radio 4!). Vorige week wisselden aanstormende talenten als Jonathan Jeremiah (29) zich af met oude rotten als Al Jarreau (71) en Jon Hendricks (bijna 90..) op het North Sea Jazz.
Aan mij de eer om verlag te mogen doen van het Londense avontuur van het Metropole Orkest.
We spelen twee concerten in de Barbican Hall tijdens het Blaze festival. Volgens onze dirigent Jules Buckley zijn beide concerten nagenoeg uitverkocht. Aanleiding voor deze optredens is de release van de cd Metropole VS Basement Jaxx. Oorspronkelijk zouden we al in november in de Royal Festival Hall spelen, maar omdat de release werd uitgesteld, betekent dit nu het toetje van het seizoen.
Jules heeft er overduidelijk zin in. Gisteren mailde hij een CD-review uit de Telegraph, die de cd hebben bestempeld tot cd van de week. Twee quotes: “Yet over the years the Metropole Orkest have worked with everyone from Charles Aznavour to Antony and the Johnsons, and – with assistance from conductor-arranger Jules Buckley of the Heritage Orchestra – this re-imagining of songs from Basement Jaxx’s 15-year career proves deliciously fruitful.”
“This unexpected outing is sparkling, rich, witty fun and evidence that the spotlight should rightly point back their way.”
Het is niet verwonderlijk dat het Metropole dit mede dankzij Jules kan realiseren. Ongelofelijk als je bedenkt dat hij voor een dirigent echt piepjong is (begin 30). Hij is werkelijk onvermoeibaar. Tijdens de repetities vandaag bemerk je echter ook lichte mate van spanning; nu moet hij het gaan waarmaken voor eigen publiek, in zijn thuishaven. Het orkest is vandaag nog eufoor van het North Sea Jazz, maar na een zwaar seizoen ogen veel musici vermoeid. De ontwikkelingen en bijbehorende emoties rondom de toekomst van het orkest lopen hier ook dwars doorheen. Vanochtend begint de repetitie ook nog met een toespraak van ruim 35 minuten door Anton Kok.
Maar de vrolijke en energieke muziek van Basement Jaxx is een prima oppepper. We hebben fantastische musici die het orkest deze week komen aanvullen en versterken, zoals Helma van de Brink, de fagottiste uit het Concertgebouworkest en Winnyfred (uit het Radio Phil) die onze cellogroep te elfder ure komt verblijden met haar aanwezigheid. Kortom: alle ingrediënten voor een geweldige tour!
Jules zorgt voor de nodige hilariteit: vorige week hebben zowel hij als chefdirigent Vince Mendoza voor het orkest gestaan, en elkaar dus ook in actie gezien. Dit is iets dat niet zo vaak voorkomt, aangezien we zelden twee compleet verschillende programma’s door elkaar in een week repeteren. Jules heeft in ieder geval goed opgelet: hij gebruikt expres opeens allerlei typische ‘Vince- uitdrukkingen’ zoals: “Ok, folks, have a look at the roadmap”, en “Take out your pencils folks, we are gonna do some surgery”. Overigens laat hij Vince’s meest legendarische wederkerige uitspraak ongebruikt: “I like my tempo better..”
Morgen de laatste repetitie in Hilversum, we hebben vandaag niet het hele programma kunnen doornemen. Dat wordt nog flink doorwerken!
> meer info over de concerten met Basement Jaxx
zondag 3 juli 2011
GOK-blog #7 (slot) - "Zó krijg ik er nooit genoeg van"
door Daniël Hermán Mostert, 1ste bas Groot Omroepkoor
Met de uitvoering/première van Vanessa Lann's O Whispering Suns in de Philharmonie in Haarlem rondden we zaterdagavond met het Groot Omroepkoor een turbulent seizoen af.
Met de gedachten even helemaal weg van de operatietafel van politiek Den Haag, waar momenteel zoveel gezonde muzikale en andere organen weggeknipt worden. Even ondergedompeld in het verhaal en de langzaam opschuivende, meditatieve en klaaglijke harmonieën van dit nieuwe werk. Het is zeker wel een werk, waarbij de luisteraar baat heeft bij toelichting op de achtergrond van het verhaal, de ingezette muzikale middelen en de (volks-)muzikale vorm waarop het is gebaseerd (De 'Doina'; een in Oost-Europa - o.a. Roemenië - gebezigde langzame klaagzang, waarbij vrouwen zingen over hun mannen, zoons die verdwenen zijn - bijvoorbeeld in een oorlog).
Aangezien er niet voldoende programmaboekjes waren voor iedereen (men had blijkbaar niet op zoveel belangstelling gerekend) heeft een aantal mensen in het publiek het helaas zonder een toelichting moeten doen.
Zelf vond ik de thematiek van het stuk en de ruimtelijke vormgeving ervan boeiend: De wisselende afstand tussen de 'overleden geliefden' (de mannen in dit geval) en de hen zingend gedenkende en op hen toelopende vrouwen vond ik beeldend en veelzeggend. En ook het feit dat de zangstemmen overal vandaan kwamen: vanaf het achterbalkon, het podium en ook van de rondom het publiek opgestelde alten.
Ik ben benieuwd hoe ik de uitvoering beleefd zou hebben als ik niet in het koor mee had gezongen, maar ergens in het publiek zou hebben gezeten, en de muziek zonder 'voorkennis' over mij heen had laten komen. Zonder dat ik de componiste over het werk en zijn achtergrond had gesproken.
Het is wat mij betreft in ieder geval een werk waarvan ik niet een opname zou gaan beluisteren, puur om van de muziek te genieten - maar dat zou ik bij een opera met eindeloze recitatieven ook niet snel doen. Deze muziek is afhankelijk van het voorgeschreven ruimtegebruik, visuele en akoestische aspecten, effecten.
Het zich eindeloos herhalende en universele karakter van de natuur, van het mens zijn, speelt in O Whispering Suns een belangrijke rol (in de tekst lopen de woorden 'I' en 'You' regelmatig in elkaar over, om uit te drukken dat er eigenlijk geen wezenlijk verschil is tussen mensen onderling, mens en natuur, dood en leven etc.). Muzikaal wordt dit idee naar mijn smaak wel wat langdradig uitgesponnen; motieven worden eindeloos herhaald, tot over de verzadigingsgrens heen.
De soli van Viktor Kopatchinsky (cymbalom) en zijn dochter Patricia Kopatchinskaya (viool) die in een muzikale dialoog van vriendelijk en voorzichtig tot extatisch en woedend naar elkaar zoeken, op elkaar reageren, vond ik erg fascinerend: Een vader/dochter (of algemener: mens/mens-) relatie in een muzikale notedop...
Wat ik tenslotte ook geweldig vond, was het voor- en na-concert dat met violen en cymbalom gegeven werd in de foyer, waarin authentieke - soms heel virtuoze! - volksmuziek aan bod kwam, maar waarin ook een Albanese zanggroep in klederdracht liederen zong. De mannen van het Letse Radiokoor waren hier ook te horen (zij 'dreven' het publiek zingend de zaal in !) en verder een prachtig uitgedoste Georgische zang- en dansgroep, met bijzondere snaarinstrumenten, blaasinstrumenten en trommels. Zo intens, enthousiast en trots als deze mensen dansten, op hun instrumenten speelden en zongen! Zó krijg ik er nooit genoeg van, dacht ik bij mijzelf. Wow.....
> GOK-blog #6
> GOK-blog #5
> GOK-blog #4
> GOK-blog #3
> GOK-blog #2
> GOK-blog #1
Met de uitvoering/première van Vanessa Lann's O Whispering Suns in de Philharmonie in Haarlem rondden we zaterdagavond met het Groot Omroepkoor een turbulent seizoen af.
Met de gedachten even helemaal weg van de operatietafel van politiek Den Haag, waar momenteel zoveel gezonde muzikale en andere organen weggeknipt worden. Even ondergedompeld in het verhaal en de langzaam opschuivende, meditatieve en klaaglijke harmonieën van dit nieuwe werk. Het is zeker wel een werk, waarbij de luisteraar baat heeft bij toelichting op de achtergrond van het verhaal, de ingezette muzikale middelen en de (volks-)muzikale vorm waarop het is gebaseerd (De 'Doina'; een in Oost-Europa - o.a. Roemenië - gebezigde langzame klaagzang, waarbij vrouwen zingen over hun mannen, zoons die verdwenen zijn - bijvoorbeeld in een oorlog).
Aangezien er niet voldoende programmaboekjes waren voor iedereen (men had blijkbaar niet op zoveel belangstelling gerekend) heeft een aantal mensen in het publiek het helaas zonder een toelichting moeten doen.
Zelf vond ik de thematiek van het stuk en de ruimtelijke vormgeving ervan boeiend: De wisselende afstand tussen de 'overleden geliefden' (de mannen in dit geval) en de hen zingend gedenkende en op hen toelopende vrouwen vond ik beeldend en veelzeggend. En ook het feit dat de zangstemmen overal vandaan kwamen: vanaf het achterbalkon, het podium en ook van de rondom het publiek opgestelde alten.
Ik ben benieuwd hoe ik de uitvoering beleefd zou hebben als ik niet in het koor mee had gezongen, maar ergens in het publiek zou hebben gezeten, en de muziek zonder 'voorkennis' over mij heen had laten komen. Zonder dat ik de componiste over het werk en zijn achtergrond had gesproken.
Het is wat mij betreft in ieder geval een werk waarvan ik niet een opname zou gaan beluisteren, puur om van de muziek te genieten - maar dat zou ik bij een opera met eindeloze recitatieven ook niet snel doen. Deze muziek is afhankelijk van het voorgeschreven ruimtegebruik, visuele en akoestische aspecten, effecten.
Het zich eindeloos herhalende en universele karakter van de natuur, van het mens zijn, speelt in O Whispering Suns een belangrijke rol (in de tekst lopen de woorden 'I' en 'You' regelmatig in elkaar over, om uit te drukken dat er eigenlijk geen wezenlijk verschil is tussen mensen onderling, mens en natuur, dood en leven etc.). Muzikaal wordt dit idee naar mijn smaak wel wat langdradig uitgesponnen; motieven worden eindeloos herhaald, tot over de verzadigingsgrens heen.
De soli van Viktor Kopatchinsky (cymbalom) en zijn dochter Patricia Kopatchinskaya (viool) die in een muzikale dialoog van vriendelijk en voorzichtig tot extatisch en woedend naar elkaar zoeken, op elkaar reageren, vond ik erg fascinerend: Een vader/dochter (of algemener: mens/mens-) relatie in een muzikale notedop...
Wat ik tenslotte ook geweldig vond, was het voor- en na-concert dat met violen en cymbalom gegeven werd in de foyer, waarin authentieke - soms heel virtuoze! - volksmuziek aan bod kwam, maar waarin ook een Albanese zanggroep in klederdracht liederen zong. De mannen van het Letse Radiokoor waren hier ook te horen (zij 'dreven' het publiek zingend de zaal in !) en verder een prachtig uitgedoste Georgische zang- en dansgroep, met bijzondere snaarinstrumenten, blaasinstrumenten en trommels. Zo intens, enthousiast en trots als deze mensen dansten, op hun instrumenten speelden en zongen! Zó krijg ik er nooit genoeg van, dacht ik bij mijzelf. Wow.....
> GOK-blog #6
> GOK-blog #5
> GOK-blog #4
> GOK-blog #3
> GOK-blog #2
> GOK-blog #1
zaterdag 2 juli 2011
GOK-blog #6 - "Ze stegen boven zichzelf uit"
door Daniël Hermán Mostert, 1ste bas Groot Omroepkoor
Voor de zes dirigenten van de Eric Ericson Masterclass was het vandaag een spannende dag: De afsluiting van de masterclass in de vorm van een openbaar concert. Afwisselend werkten ze met ons (Groot Omroepkoor) en het Nederlands Kamerkoor. Het werd een fors programma, met werken van o.a. Bach, Händel, Penderecki, Britten (delen uit: Rejoice in the Lamb), Reger en Thomas.
Deels werd er met pianobegeleiding gewerkt, deels ook met (kist-)orgel en cello.
Het was duidelijk voelbaar, dat de dirigenten deze unieke kans ten volle uit wilden buiten, en ze stegen dan ook boven zichzelf uit....
Morgen weer een concert dus, maar dan weer heel iets anders: Vanessa Lann's O Whispering Suns, met alles erop en eraan!
> de laatste kaarten via www.koorbiennale.nl!
> GOK-blog #5
> GOK-blog #4
> GOK-blog #3
> GOK-blog #2
> GOK-blog #1
Voor de zes dirigenten van de Eric Ericson Masterclass was het vandaag een spannende dag: De afsluiting van de masterclass in de vorm van een openbaar concert. Afwisselend werkten ze met ons (Groot Omroepkoor) en het Nederlands Kamerkoor. Het werd een fors programma, met werken van o.a. Bach, Händel, Penderecki, Britten (delen uit: Rejoice in the Lamb), Reger en Thomas.
Deels werd er met pianobegeleiding gewerkt, deels ook met (kist-)orgel en cello.
Het was duidelijk voelbaar, dat de dirigenten deze unieke kans ten volle uit wilden buiten, en ze stegen dan ook boven zichzelf uit....
Morgen weer een concert dus, maar dan weer heel iets anders: Vanessa Lann's O Whispering Suns, met alles erop en eraan!
> de laatste kaarten via www.koorbiennale.nl!
> GOK-blog #5
> GOK-blog #4
> GOK-blog #3
> GOK-blog #2
> GOK-blog #1
vrijdag 1 juli 2011
GOK-blog #5 - "Ze trekt een zwart slofje aan, waar belletjes op zitten"
door Daniël Hermán Mostert, 1ste bas Groot Omroepkoor
Het einde van de Koorbiënnale nadert, en dus de twee concerten met het Groot Omroepkoor ook. Vandaag moesten nog de laatste muzikale en choreografische puntjes op de 'i' gezet worden, wat toch nog een heel aantal herhalingen van fragmenten opleverde. En dit stelde het concentratievermogen van ons als koorleden ook wel op de proef; dit was algemeen voelbaar. Het waren leuke, maar ook wel inspannende dagen, waarop veel koorleden ook dagelijks meer reistijd hadden dan normaal.
Maar - gelukkig! maakte de doorloop aan het einde van de avond veel goed. Voor het eerst was er dan een complete doorloop, met alles erop en eraan. Ook het gedeelte waarin vader en dochter Kopatchinsky/Kopatchinskaya samen speelden werd helemaal gedaan. En daar vliegen de vonken er flink vanaf! Weliswaar na een wat langer durend gedeelte, waarin de violiste en de cymbalomspeler elkaar als het ware muzikaal zoeken, elkaar roepen en elkaar antwoorden - zo lijkt het wel. Patricia trekt tijdens het vioolspelen, zingen, schreeuwen op een gegeven moment zelfs een zwart slofje aan, waar belletjes op zitten. Hiermee stampt ze dan ritmisch en met een ongelooflijke energie op de grond...
Heel bijzonder, om de spanningsboog van O Whispering Suns zo van A tot Z te beleven en ook de functie van de koordelen in perspectief te horen en zien... Al zou ik het ook graag zittend in de zaal, als toehoorder/toeschouwer mee willen maken.
Zaterdag dus de 'geboorte' van het stuk, om bij de terminologie van Vanessa Lann te blijven!
> wees erbij, bestel kaarten via www.koorbiennale.nl!
> GOK-blog #4
> GOK-blog #3
> GOK-blog #2
> GOK-blog #1
Het einde van de Koorbiënnale nadert, en dus de twee concerten met het Groot Omroepkoor ook. Vandaag moesten nog de laatste muzikale en choreografische puntjes op de 'i' gezet worden, wat toch nog een heel aantal herhalingen van fragmenten opleverde. En dit stelde het concentratievermogen van ons als koorleden ook wel op de proef; dit was algemeen voelbaar. Het waren leuke, maar ook wel inspannende dagen, waarop veel koorleden ook dagelijks meer reistijd hadden dan normaal.
Maar - gelukkig! maakte de doorloop aan het einde van de avond veel goed. Voor het eerst was er dan een complete doorloop, met alles erop en eraan. Ook het gedeelte waarin vader en dochter Kopatchinsky/Kopatchinskaya samen speelden werd helemaal gedaan. En daar vliegen de vonken er flink vanaf! Weliswaar na een wat langer durend gedeelte, waarin de violiste en de cymbalomspeler elkaar als het ware muzikaal zoeken, elkaar roepen en elkaar antwoorden - zo lijkt het wel. Patricia trekt tijdens het vioolspelen, zingen, schreeuwen op een gegeven moment zelfs een zwart slofje aan, waar belletjes op zitten. Hiermee stampt ze dan ritmisch en met een ongelooflijke energie op de grond...
Heel bijzonder, om de spanningsboog van O Whispering Suns zo van A tot Z te beleven en ook de functie van de koordelen in perspectief te horen en zien... Al zou ik het ook graag zittend in de zaal, als toehoorder/toeschouwer mee willen maken.
Zaterdag dus de 'geboorte' van het stuk, om bij de terminologie van Vanessa Lann te blijven!
> wees erbij, bestel kaarten via www.koorbiennale.nl!
> GOK-blog #4
> GOK-blog #3
> GOK-blog #2
> GOK-blog #1
Abonneren op:
Posts (Atom)