woensdag 31 augustus 2011

RKF-blog #8: "Morgen kunnen we het pas echt oplossen in de akoestiek van het Concertgebouw"

De Radio Kamer Filharmonie en het Groot Omroepkoor repeteren aan Der Freischütz, een opera van Carl Maria von Weber, de opening van het ZaterdagMatinee-seizoen op 3 september a.s.

blogger vandaag: Mintje van Lier, 2e viool

Eindelijk mochten we de hele opera achter elkaar doorspelen! Na zes dagen proeven, ontdekken, uitproberen en herhalen, kwamen we toe aan de eerste doorloop. Alle losse fragmenten die we tot dan toe in een logistiek-efficiënte volgorde hadden gerepeteerd, werden nu een muzikaal verhaal. De repetitie voelde als een privé-concert doordat de solisten nog naar ons toegekeerd zongen. Het vloog voorbij; wat een prachtige muziek!

Zo’n eerste doorloop valt vaak enigszins tegen want de moeilijkheid van het uitvoeren van een dergelijk werk zit hem in de vele overgangen tussen de delen. Er is geen tijd voor een ‘o ja…vergeten-moment’ bij de talrijke transformaties van tempo, karakter, articulatie of dynamiek. Nu valt het bij deze uitvoeringsversie nog mee want er is een spreker tussen de delen in. Markus John praat volledig betoverend ons het volgende deel in. Voor mij is hij een bonus bovenop onze fantastische cast.

Toch blijft het honderdtwintig minuten hyper-concentratie. Morgen in de Grote Zaal van het Concertgebouw zal het wederom anders spelen zijn met een rijkere akoestiek. Onze dirigent Michael Schønwandt heeft deze weken veel aandacht besteed aan de timing en communicatie tussen de verschillende groepen in het orkest. Volgens hem komt in onze studio bijvoorbeeld het geluid van de strijkers pas na weerkaatsing op de achterwand bij de blazers aan. Als we puur op onze oren zouden spelen, zouden we volledig uit elkaar lopen. Veel problemen waar we vandaag tegenaan liepen, kunnen we morgen pas echt oplossen in de akoestiek van het Concertgebouw...

> RKF-blog #1 > RKF-blog #2 > RKF-blog #3 > RKF-blog #4
> RKF-blog #5 > RKF-blog #6 > RKF-blog #7

dinsdag 30 augustus 2011

RFO-blog #4: "Met drie Easyjet-toestellen vlogen we naar Londen"

Het Radio Filharmonisch Orkest speelt het 25e Pianoconcert van Mozart (solist: David Fray) en de 8e symfonie van Bruckner tijdens de Robeco Zomerconcerten op vr 26 aug en de BBC Proms op di 30 aug; tussendoor maakt het orkest nog een cd-opname van de 8e van Bruckner; alles onder leiding van chef-dirigent Jaap van Zweden.

blogger vandaag: Rebecca Smit, cello

dinsdag 30 augustus 2011, 9.30u: in het vliegtuig (Nederlandse tijd) - Wij zijn vanochtend heel vroeg met het het hele orkest naar Schiphol vertrokken om daarna, verspreid over 3 Easyjet toestellen, naar Londen te vliegen om vanavond ons debuut te gaan maken in een uitverkochte Royal Albert Hall in Londen. We zullen de Achtste symfonie van Bruckner en een Pianoconcert van Mozart gaan spelen.
Wat is er aan vandaag voorafgegaan?
Drie dagen repeteren, een concert op vrijdagavond in de Robeco zomerconcertserie in Amsterdam en tot slot drie intensieve dagen CD-opnames in onze studio in Hilversum.

Londen!
Twee weken geleden was ik ook al in deze fantastische stad voor een korte vakantie en toen ik destijds in het hotel de tv aanzette, waren de Proms concerten al in volle gang. Ik vond het lastig om me voor te stellen dat ik twee weken later ook op dit podium zou zitten als celliste in het RFO; op dat moment was het hele orkest uitgewaaierd over allerlei delen van Europa en daarbuiten. Maar het werd vanzelf 23 augustus en de eerste noot van het seizoen klonk in studio 5.

Inmiddels zijn de voorbereidingen voor vanavond optimaal: het gebeurt zelden dat je een programma nog zo kunt uitdiepen na een eerste concert. Jaap van Zweden heeft, naast gebruikelijke zaken als zuiverheid, gelijkheid en tempo-overgangen veel aandacht besteed aan de timing en rust tussen de verschillende delen en slaagde er zo in om de grote lijn niet alleen vast te houden tijdens het concert in Amsterdam maar ook tijdens de CD-opnames.
En inmiddels zijn we, na al deze laatste puntjes op de i gezet te hebben, helemaal Royal Albert Hall-proof.

> RFO-blog #1 > RFO-blog #2 > RFO-blog #3

RKF-blog #7: "Elke dag komen er nieuwe zangers of instrumenten bij"

De Radio Kamer Filharmonie en het Groot Omroepkoor repeteren aan Der Freischütz, een opera van Carl Maria von Weber, de opening van het ZaterdagMatinee-seizoen op 3 september a.s.

blogger vandaag: Josje ter Haar, 1e viool

Elke dag krijgen we wat meer overzicht bij de repetities voor Der Freischütz. Wat een geweldige componist. Alles is met maximaal effectbejag geschreven. De vioolpartijen klinken virtuoos en zijn erg leuk om te spelen, de spookachtige scènes waar de boze geesten worden opgeroepen zijn huiveringwekkend (zelfs als de klok bij gebrek aan een echte klok vandaag even op de piano nagebootst wordt). Onze assistent-dirigent Gijs Leenaarts zei vandaag tegen me: "In Webers tijd moet het publiek echt van hun stoelen gerold zijn van verbazing." Je valt voortdurend van het ene uiterste in het andere: na de ouverture begint het vrouwenkoor tot onze verbazing te zingen op de volgende tekst: Hè, hè, hè, hè, hè, hè, terwijl de hobo's meetetteren met hun gemeenste lachje. Het is onmogelijk om je gezicht in de plooi te houden, maar meteen daarna begint Marcel Reijans met een dramatische aria vol wanhoop. Alle emoties komen voorbij in deze opera, en er zijn ook nog prachtige verstilde en idyllische momenten zoals de fagotsolo. Komt dat zien allemaal, zaterdag! 

Elke dag komen er nieuwe zangers of instrumenten bij; vandaag bijvoorbeeld een viertal 'bruidsmeisjes' uit het Groot Omroepkoor, en ook de ons welbekende Christina Landshamer was er vandaag voor het eerst. We hebben allemaal veel geduld nodig, want Schønwandt legt op alle slakjes zout, en zo hoort het ook! En dan moet ik deze blog toch in mineur afsluiten, want het is toch zo'n raar gevoel dat onze orkestklank die wij nu met zoveel liefde aan het oppoetsen en onderhouden zijn, in feite al door de minister is afgeschreven. Dat voelt toch wel heel wrang...

> RKF-blog #1 > RKF-blog #2 > RKF-blog #3
> RKF-blog #4 > RKF-blog #5 > RKF-blog #6

maandag 29 augustus 2011

RKF-blog #6: "Deze man kon met één blik de hele eerste rij doen wateren van angst"

De Radio Kamer Filharmonie en het Groot Omroepkoor repeteren aan Der Freischütz, een opera van Carl Maria von Weber, de opening van het ZaterdagMatinee-seizoen op 3 september a.s.

blogger vandaag: Jeroen Soors, 1e hobo

FRISSE MAANDAG

Na een spannend en fris concert op de Uitmarkt zaterdag hadden we een zeldzame vrije zondag. Als muzikant hebben wij deze luxe doorheen het seizoen niet al te vaak en daar heeft deze jongen dan ook met volle teugen van genoten!

Een frisse maandag was het sowieso, naast het kille weer kregen we vandaag een aantal nieuwe mensen over de vloer in ons orkest. Allereerst waren er twee nieuwe piccoloïstes in de houtsectie die vandaag helaas maar enkele maten mochten spelen, hopelijk morgen meer geluk voor deze collega's...keep up the good work ladies!

Vervolgens werden we na het 'opfrissen' van de Ouverture Der Freischütz van Carl Maria von Weber voorgesteld aan de solisten van dienst. De Kasper die we al een tijd in onze partij hadden zien staan vermeld kreeg nu een gezicht, en wat voor één! Deze man kon met één blik de hele eerste rij doen wateren van angst. Hoe hij met zijn grimas mij en Jeanette van onze stoel kon schieten was op zijn minst markant te noemen, chapeau voor zijn welgemeende inleving in zijn personage.

Onze chef-dirigent Michael Schønwandt geeft de blazers nog enkele belangrijke aanwijzinging in verband met het samenspel en haalt nog even de details eruit zoals alleen hij dat kan, elke keer een tikkeltje meer vragen van elke speler om zo het orkest naar een nog hoger niveau te tillen.

Op het einde van repetitie hadden we ook nog het geluk even de prachtige, rijke stem te horen van sopraan Silvana Dussmann. Wat deze soliste met haar stem kan is kippenvel creëren bij menig luisteraar, zeker de moeite om haar live te horen komende zaterdag in het Concertgebouw bij de integrale uitvoering van deze pakkende opera, allen daarheen!

> RKF-blog #1 > RKF-blog #2 > RKF-blog #3 > RKF-blog #4 > RKF-blog #5

zondag 28 augustus 2011

RKF-blog #5: "Ik zag de buien vanuit Amsterdam Zuid naar ons toekomen"

De Radio Kamer Filharmonie en het Groot Omroepkoor repeteren aan Der Freischütz, een opera van Carl Maria von Weber, de opening van het ZaterdagMatinee-seizoen op 3 september a.s.

blogger vandaag: Frits Wagenvoorde, 2e viool

Get Microsoft Silverlight Bekijk de video in andere formaten.

SPETTERENDE SEIZOENSSTART OP DE UITMARKT

Ja, dat was het zeker! Zowel letterlijk - ik zag de buien vanuit Amsterdam Zuid over het Concertgebouw naar ons toekomen - als figuurlijk: een uitstekend concert voor een dankbaar publiek. De weersverwachtingen waren de afgelopen dagen aandachtig in de gaten gehouden, en ook de Buienradar werd tot op het laatst druk geraadpleegd. Er waren al verschillende strategieën bedacht voor het geval de weergoden echt roet in het eten zouden gooien: spelen zonder koor, het orkest meer naar achter op het podium zodat de mooie instrumenten van eerste violisten en cellisten geen waterschade zouden kunnen oplopen. Het bleek allemaal niet nodig. Er was regen, maar de wind was gunstig en de overkapping van het podium ruim. Gelukkig maar, want de bijdrage van het koor was toch wel meer dan de moeite waard.


"Met hier en daar een zak patat erbij"
Het was wel een ander uitzicht vanaf het podium op het Museumplein dan normaal in het Concertgebouw. Geen beschaafd geblader in het programmaboekje, maar onder de paraplu, met hier en daar een zak patat erbij. Heel eerlijk ook, immers, als je er genoeg van hebt, wandel je gewoon weg, niks aan de hand. Dat laatste viel overigens erg mee, we hadden een behoorlijke schare aandachtig luisterende fans. In de loop van het concert konden de regenschermen overigens weer ingeklapt worden en verscheen het zonnetje.
Onze eerste noot van dit seizoen was de van ppp naar ff aanzwellende C van de ouverture Der Freischütz van Carl Maria von Weber, als een echo van het feestelijke C-dur slotakkoord van Schuberts 9e symfonie waarmee we een paar weken geleden het vorige seizoen afsloten in het Concertgebouw onder leiding van Thomas Zehetmaier, op hemelsbreed 100 meter afstand van de tent waar we nu speelden.
Aanstaande zaterdag gaat de hele opera in de Zaterdagmatinee, en we zijn onder leiding van onze chef-dirigent Michael Schønwandt druk bezig dit werk tot in de finesse te repeteren. Als ik dan de prent zie hoe Carl Maria zelf in Londen dirigeerde in 1826 vraag ik me tijdens het repeteren wel eens af of hij net zo detaillistisch te werk ging als wij nu. Ik kan het me bijna niet voorstellen: hij staat er tamelijk nonchalant bij en dirigeert gewoon met een opgerold stuk (muziek?)papier!
Er moet wel bij vermeld worden dat Weber toen al heel ziek was. Hij zou op 5 juni in Londen overlijden nadat hij er in maart met veel succes de première van Oberon nog gedirigeerd had. (mooie uitspraak van von Weber: “Muziek heeft geen vaderland”, over internationalisme gesproken!)

Na von Weber speelden we nog de twee L’Arlésienne suites van Georges Bizet. Van de vele mooie blazerssoli (waaronder een saxofoonsolo, in die tijd een nouveauté) wil ik speciaal die van onze fluitiste Jeannette noemen. Want, hoewel op de achtergrond wel wat gedreun was te horen van een belendend muziekgebeuren, speelde ze betoverend subtiel. Prachtig!

Kennelijk hadden de weergoden zich bedacht want de zon scheen toen we van het podium stapten. Een mooi begin van een nieuw seizoen.

> RKF-blog #1 > RKF-blog #2 > RKF-blog #3 > RKF-blog #4

zaterdag 27 augustus 2011

RFO-blog #3: Repetitiefragmenten Symfonie nr. 8 van Anton Bruckner



Opening finaledeel Symfonie nr. 8 van Anton Bruckner door het Radio Filharmonisch Orkest onder leiding van Jaap van Zweden tijdens de generale repetitie op 26 augustus 2011 in het Concertgebouw. 's Avonds volgde een uitverkocht concert, live uitgezonden op Radio 4, voor een uitzinnig publiek.



De hoornsectie van het Radio Filharmonisch Orkest tijdens de generale repetitie van de Achtste Symfonie van Anton Bruckner in het Concertgebouw op 26 augustus 2011.

> RFO-blog #1 > RFO-blog #2

RFO-blog #2: "Ons aandeel neemt ongeveer een halve minuut in beslag"

Het Radio Filharmonisch Orkest speelt het 25e Pianoconcert van Mozart (solist: David Fray) en de 8e symfonie van Bruckner tijdens de Robeco Zomerconcerten op vr 26 aug en de BBC Proms op di 30 aug; tussendoor maakt het orkest nog een cd-opname van de 8e van Bruckner; alles onder leiding van chef-dirigent Jaap van Zweden.

blogger: Henk de Vlieger, slagwerk

EEN SPANNEND BOEK

Van alle dierbare RFO-collega’s ken ik hem het langst. We ontmoetten elkaar voor het eerst toen ik – op de kop af 40 jaar geleden! – wat onwennig plaatsnam in het eerstejaars solfègeklasje op het Rotterdams Conservatorium. Vanaf dat moment konden we elkaar blijkbaar niet meer ontlopen. We deelden dezelfde hoofdvakdocent, dezelfde bijvakdocent en we volgden dezelfde theorielessen. We zongen samen in de koorklas (waarvoor we overigens héél snel vrijstelling wisten te verkrijgen), we speelden samen in de orkestklas en met onze medestudenten vormden we een slagwerkensemble, waarmee we behoorlijk aan de weg timmerden. Op 3 juni 1976 behaalden we beiden ons einddiploma “orkestspel slagwerk” met een gezamenlijk concert, toen nog een unicum. Niet lang daarna waren we collega’s “bij de Radio” en dat zijn we nu al zo’n 35 jaar. Harry van Meurs en ik: we zijn tot elkaar veroordeeld…

In de productie van deze week zou je het ook zo kunnen formuleren: we zijn elkaars lotgenoten. We vormen namelijk getweeën de komplete slagwerksectie in de Achtste Symfonie van Bruckner. Deze symfonie heeft een lengte van 80 minuten. Ons aandeel daarin neemt ongeveer een halve minuut in beslag. Ergens, ver over de helft van het Adagio, mag Harry twee bekkenslagen geven. En tegelijkertijd mag ik die klappen extra glans verlenen met tremolo’s op een triangel.

"We vormen weer een homogeen duo!"
Ach, het is nog altijd twee keer zo veel als het slagwerkaandeel in de Zevende Symfonie, want daar gaat het om maar één zo’n bekkenslag met triangelroffel. Het gebruik van slagwerk in het Adagio van de zevende is overigens omstreden. Het werd met aanvankelijke instemming van de componist toegevoegd door dirigent Arthur Nikisch. Maar later kwam Bruckner hierop terug en noteerde hij bij de bewuste maat: “gilt nicht”. Hetgeen overigens niet mocht verhinderen dat verreweg de meeste dirigenten nog altijd kiezen voor de versie mèt bekkenslag. En blijkbaar heeft Bruckner het idee van Nikisch toch wel gewaardeerd, want het slagwerk in zijn achtste is wel degelijk authentiek. En uniek bovendien, want voor zowel bekkens als triangel zijn toonhoogten voorgeschreven. Bij de eerste inzet staat een bes’ voor de bekkens en een g’’ voor de triangel. Bij de tweede inzet, enkele maten later is voor beide instrumenten een es’’ genoteerd. Wat moet je hier als slagwerker nu mee? Bekkens en triangel zijn per definitie geruisinstrumenten: zonder toonhoogte. Ik heb bij wijze van experiment op de eerste repetitie twee verschillende triangels gebruikt, maar dat bleek geen succes. Eén van de twee is toch de mindere en het wisselen van instrument geeft een hoop onrust, die niet past bij het karakter van de muziek. Ik beperk me in deze productie dus tot één king size Thein triangel, met een stralende klank en enorme resonans. Harry heeft voor deze gelegenheid onze ferme 22 inch bekkens uit de kast gehaald. We vormen weer een homogeen duo! Die notatie? Een kopiïst, of Bruckner zelf, zal zich wellicht hebben afgevraagd op welk lijntje van de notenbalk je deze instrumenten eigenlijk noteert en heeft ten einde raad maar gekozen voor noten die in de harmonie passen. Negeren dus…

"Bruckner liet zijn hoofd op hol brengen door meisjes van 14 tot 19 jaar"
Het spreekt vanzelf dat onder muzikanten legio anecdotes de ronde doen over het slagwerkaandeel in de Bruckner-symfonieën. Die worden trouwens deels gevoed door slagwerkers zelf. In een Engels handboek voor slagwerkers troffen we de serieuze aanbeveling aan om voor de repetities een spannend boek mee te nemen. De strekking hiervan is duidelijk: je mocht je eens doodvervelen! Harry’s commentaar: “Moet het publiek dan ook een boek meenemen?” Voor de repetities heeft hij trouwens wel degelijk een spannend boek bij zich: de partituur van deze symfonie. Verder is hij uitgerust met wat leesvoer over Anton Bruckner. Zo nu en dan maakt hij me deelgenoot van wat hij daarin aantreft. “Wist jij dat Bruckner 140 jaar geleden zes orgelrecitals gaf in de Royal Albert Hall?” Nee, ik had er zelfs geen vermoeden van dat Bruckner zich ooit buiten Opper-Oostenrijk heeft begeven. Terwijl de repetitie vordert - we zijn al in het tweede deel, het Scherzo - verdiept Harry zich in de periode waarin de achtste symfonie tot stand kwam en dan met name de reeks hopeloze verliefdheden die Bruckner in die periode had. Want dat werpt mogelijk een bepaald licht op deze compositie. Bruckner, zelf inmiddels op leeftijd, liet zijn hoofd op hol brengen door meisjes in de leeftijdscategorie van 14 tot 19 jaar. Ze worden met naam en leeftijd genoemd in het boekje waaruit Harry citeert. En het zijn er nogal wat. Vriendinnetjes werden het meestal niet, de meisjes weigerden. Toch was er warempel één, de negentienjarige Ida Buhz, die positief reageerde op een huwelijksaanzoek. Nadat de ringen waren gekocht bleek echter dat zij protestant was en zich niet wilde (of mocht) bekeren tot het katholieke geloof. Einde relatie. Deze informatie roept bij ons meteen de volgende vraag op. Die drie harpen in het Trio en de lieflijke fluitmelodie die daarop volgt: zijn het zonnestralen op de glas-in-lood ramen van de kathedraal, zijn het ornamenten met engeltjes, musicerend tot meerdere lof en glorie van de Allerhoogste? Of moeten we hier toch eerder denken aan de reeks jonge dames die de componist aanbad? Tja Harry, Bruckner omschreef zijn achtste symfonie als “ein Mysterium”, daar zullen we het mee moeten doen.

"Veertig jaar kennen wij elkaar, precies in deze week"
Hoewel onze karakters totaal van elkaar verschillen lopen onze werkzame levens al veertig jaar parallel. We kennen elkaars hebbelijkheden en onhebbelijkheden door en door. We begrijpen en waarderen elkaars humor en dat bepaalt een belangrijk deel van onze omgang. “Wist jij dat Bruckner een stuk heeft geschreven met de titel Germanenzug?” Door de intonatie waarmee Harry me die vraag stelt weet ik feilloos waar hij op doelt. “Dat moeten we gaan spelen! Dat is tenminste nog eens iets anders dan die suffe Pacific van Honegger!” Ik had nog nooit van dat stuk gehoord en waag te betwijfelen of het wel een orkestwerk is. Hij proeft mijn woorden en ik lees de teleurstelling op zijn gezicht bij mijn suggestie dat het wel eens een kantate zou kunnen zijn, met orgelbegeleiding of zo. Veertig jaar kennen wij elkaar, precies in deze week. Dat we dat uitgerekend met de monumentale, majestueuze, mysterieuze Achtste Symfonie van Bruckner in een bijna uitverkochte Royal Albert Hall mogen vieren hadden we nooit kunnen vermoeden. Doodvervelen zullen we ons in elk geval niet.

> RFO-blog #1

vrijdag 26 augustus 2011

RKF-blog #4: "Vanuit mijn positie naast het koper krijg je veel mee van de achterhoede"

De Radio Kamer Filharmonie en het Groot Omroepkoor repeteren aan Der Freischütz, een opera van Carl Maria von Weber, de opening van het ZaterdagMatinee-seizoen op 3 september a.s.

blogger vandaag: Marjolein Koning, hobo

Vandaag een afwisselende dag: Weber, Weber met koor, Bizet met koor, Bizet zonder koor, weer Weber.
Ook deze dag weer een jarig Jetje; dit keer Marije Helder. Net als voor Jeannette was het voor onze altiste jammer, dat het koor pas na de pauze zou komen, maar toch heeft het, ook zonder koor, altijd iets feestelijks als de koperblazers het “lang zal ze leven” inzetten. Vandaag begonnen de grappenmakers voor de verandering eens in Fis.

De repetitie begon met wat instructies en opties voor de Uitmarkt; alles is afhankelijk van het weer: wat te doen bij hoosbuien, gewone regen en droog weer. Naar buiten kijkend belooft het niet veel goeds. Het is zó donker, dat het lijkt of iemand het licht heeft uitgedaan; onheilspellend. Maar dat is vandaag en binnen straalt iedereen nog na van de vakantie.
Het onheilspellende weer paste wel heel goed bij een passage van Weber. Op een gegeven moment tikte Schonwandt af en vroeg, waarom we de pp lage c niet met 2 hobo’s speelden. Ik zal het u uitleggen: een lage c op hobo is als een scheepshoorn; vol en diep van toon. Daarnaast technisch lastig aanzetten. Dus had een voorganger van mij dit doorgekrast in mijn partij, zodat het door een gespeeld, iets minder prominent zou gaan klinken, dan met 2 hobo’s het geval zou zijn. Maar wat blijkt? Er is een reden, dat dit voor 2 hobo’s is geschreven. Het moet eng, onheilspellend, beangstigend klinken en met 2 hobo’s kan dat veel beter. De klankkleur verandert namelijk met twee instrumenten. De sfeer van het stuk raken, dat zal het eigenlijke thema van de hele repetitie blijken te zijn.

Na de pauze het Jägerchor met de mannen. De hoorns geven de aanzet tot de jacht en zij haken in, heerlijk. Zouden ze morgen, om in “de sfeer” te blijven, in Lederhosen, met groene vilten hoeden en buks over de schouder zingen??
Dan Bizet. De vrouwen komen op, een saxofonist en harpiste erbij en voort gaat de repetitie. Ook hier draait alles om de juiste sfeer en karakterisering van het stuk te treffen.
Zo werd aan mijn collega hoboïst gevraagd om een Catalaanse hobo te imiteren. Hij kende het instrument niet, maar ik kon hem vertellen, dat het een nog lelijker klank voortbrengt, dan een schalmei (hét scheldwoord voor een hoboïst). Waarna een collega grapte, dat het daar al behoorlijk dicht bij in de buurt kwam. Och arm Jerommeke! (Vanuit mijn positie naast het koper krijg je veel mee van de achterhoede.)

Toen de delen met saxofoon. In de tijd van Bizet was de saxofoon een heel nieuw instrument. Hij was een van de eersten, die het in een compositie gebruikte. En hij laat de volledige charme van de sax tot uiting komen. Het wordt bijzonder mooi vertolkt door onze gast, Lars Niederstrasser.
Al met al een plezierige en vrolijke dag. Laten we hopen, dat het morgen toch stralend weer zal zijn en niet koud, kil met fikse buien, zoals nu de vooruitzichten weergeven. Dan is de feestvreugde op de Uitmarkt extra groot!

> RKF-blog #1 > RKF-blog #2 > RKF-blog #3

donderdag 25 augustus 2011

RFO-blog #1: "Verbeeld ik het me, of registreer ik een soort collectieve trots?"

Het Radio Filharmonisch Orkest speelt het 25e Pianoconcert van Mozart (solist: David Fray) en de 8e symfonie van Bruckner tijdens de Robeco Zomerconcerten op vr 26 aug en de BBC Proms op di 30 aug; tussendoor maakt het orkest nog een cd-opname van de 8e van Bruckner; alles onder leiding van chef-dirigent Jaap van Zweden.

blogger vandaag: Henk de Vlieger, slagwerk

Het Radio Filharmonisch Orkest is begonnen aan een nieuw concertseizoen. En hoe! Gisteren en eergisteren hebben we onder leiding van Jaap van Zweden al gewerkt aan de monumentale Achtste symfonie van Anton Bruckner en het 25e Pianoconcert van Mozart. Met dit eerste programma na de grote vakantie gaat het orkest een enerverende week tegemoet. De planning is ideaal! Morgen (vrijdag) spelen we beide werken in de serie Robeco Zomerconcerten in het Amsterdamse Concertgebouw. Op zaterdag, zondag en maandag zullen we ons vervolgens terugtrekken in onze studio om de symfonie van Bruckner op te nemen voor een cd. Tenslotte maken we a.s. dinsdag ons langverwachte debuut in de befaamde BBC Proms in de Royal Albert Hall in Londen. Deze zaal heeft een capaciteit van 6000 stoelen en zojuist hoorden we dat er nu al meer dan 5500 kaarten zijn verkocht. Een mooi vooruitzicht!

Vandaag is het de derde werkdag en de dienstlijst vermeldt: generale repetitie / balansrepetitie. Het opnameteam van Challenge Records is al aanwezig, heeft de microfoons geïnstalleerd en orienteert zich op een ideale klankbalans. De Achtste symfonie van Bruckner is geen lullig stukje. Het is qua tijdsduur en qua orkestbezetting het grootste werk dat hij heeft gecomponeerd. Vooral de kopersectie oogt opvallend met de aanvulling van vier Wagnertuba’s (zie foto). Om een hechte koperklank te realiseren wordt afgeweken van onze gebruikelijke orkestopstelling. Trompetten, trombones en bastuba zijn naar de andere kant van het orkest verhuisd, waar ze hebben plaatsgenomen direct achter de negenkoppige hoornsectie. Een ander opvallend element zijn de drie harpen: een uitzondering in het oeuvre van deze componist.

De Achtste symfonie van Bruckner kan omschreven worden als een reusachtige kathedraal in klank. Wat mij aan het begin van de eerste repetitie al opviel, is dat het orkest dit goed beseft. Iedereen leek enorm goed voorbereid, er werd vanaf de eerste minuut met grote concentratie en passie gemusiceerd. Vandaag lijkt de toewijding alleen maar te zijn toegenomen. Jaap van Zweden is in topvorm. Hij bouwt de kathedraal zorgvuldig op uit natuurlijk vloeiende tempi, boetseert mooie lange lijnen, besteedt veel aandacht aan details. De Wagnertuba’s orgelen devoot, intieme momenten in strijkers en houtblazers worden afgewisseld met euforische koperkoralen. Ondanks de vele decibellen die van tijd tot tijd moeten worden gerealiseerd, blijft de klank opvallend open, transparant.

Omdat mij als slagwerker slechts een bescheiden rol is toebedeeld in deze symfonie (hierover wellicht later meer), heb ik alle gelegenheid om mijn collega’s te observeren. Tijdens het musiceren zoeken zij elkaars blikken. Een non-verbale vorm van communicatie, alsof er kamermuziek bedreven wordt: een opgetrokken wenkbrauw, een ingetogen knikje hier, een veelbetekenende glimlach daar… Er spreekt bewondering uit. Bewondering voor de componist, voor een bijzonder moment in deze muziek. Maar ook bewondering voor elkaars spel. Er heerst een zeldzaam gevoel van saamhorigheid. Verbeeld ik het me, of registreer ik hier een soort collectieve trots? Trots, dat we in de komende dagen mogen overbrengen wat wij tijdens de repetities al ervaren: het is bijzonder goed toeven in die kathedraal!

RKF-blog #3: "Heel apart om de eerste dagen zonder zangpartijen te werken"

De Radio Kamer Filharmonie en het Groot Omroepkoor repeteren aan Der Freischütz, een opera van Carl Maria von Weber, de opening van het ZaterdagMatinee-seizoen op 3 september a.s.

blogger van dienst: Sebastiaan van Eck, cello

De derde dag alweer....
Twee dagen moet je wennen, daarna is het alsof je nooit bent weggeweest: zo voelt het altijd na een langere vakantie. Het is goed om ieder jaar even afstand te nemen van de dagelijkse routine. Bij terugkeer op het werk voel je aan de ene kant de drukte om je heen en de hoeveelheid decibels in de studio maar ook hoe mooi het is muziek te maken en hoe goed ons orkest speelt. Het repertoire voor de eerste concerten begint vorm te krijgen en we kunnen uitkijken naar twee schitterende producties!

Ik vind het heel bijzonder om Der Freischütz van Carl Maria von Weber te leren kennen. We hebben in de loop van mijn 31 jaar bij de radio talloze opera's gespeeld maar het Duitse repertoire is naar mijn smaak onderbelicht gebleven. Wat een schitterend werk is deze Freischütz! Het is altijd heel apart om de eerste dagen zonder de zangpartijen te werken. Je hoort zo muziek die anders, meestal in de orkestbak, weggestopt is en voor de luisteraar grotendeels verloren gaat. De dirigent heeft tijdens deze repetities ook gelegenheid de juiste klankkleuren te vinden die uiteindelijk het verhaal gaan steunen. Michael Schønwandt kent het stuk zeer goed en heeft zeer heldere ideeën en weet ze enthousiast over te brengen.

Helaas moest hij één van de dierbare verhalen uit mijn cellistenleven doorprikken. In het orkest dat Weber destijds bij het componeren van zijn opera in Dresden dirigeerde speelde de beroemde cellist Friedrich August Kummer de solo-cello. Kummer is bij cellisten zeer geliefd vooral vanwege zijn prachtige cello-duetten! Zijn beste vriend in het orkest was de 1e solocontrabassist, Liebe genaamd. Ze waren onafscheidelijke vrienden. Op een gegeven moment komt in de Freischütz de tekst 'Ja Liebe pflegt mit Kummer stets Hand in Hand zu gehen'. Volgens mijn bron moet er op dat moment in het orkest een duo van de 1e cellist en de 1e contrabassist klinken. Bij het doornemen van de orkestpartij bleek dit niet te kloppen en Schønwandt kon mij in de pauze van de repetitie een kopie van het manuscript geven waarop duidelijk te lezen is dat de bewuste passage door de hele cellogroep wordt gespeeld...... Jammer van zo'n mooie anekdote!

Verder konden we genieten van een prachtige solistische inbreng van onze 1e solo altviolist Vilem Kijonka. Vilem kwam enigszins geblesseerd van zijn vakantie terug maar wilde deze mooie partij toch spelen. Als hij geblesseerd al zo goed speelt kunnen we ons des te meer verheugen op de uitvoering volgende week in de Matinee!

Verder was er nog een verjaardag te vieren. Onze 1e fluitiste Jeannette Landré werd toegespeeld door het orkest. De verjaardag viel net een dag te vroeg: het is namelijk heel bijzonder jarig te zijn als ook het Groot Omroepkoor aanwezig is. Zoals door hen wordt er Nederland geen andere jarige toegezongen! Morgen komt dus het koor. We gaan dan werken aan het repertoire voor het Uitmarktconcert. Ik ben erg benieuwd naar de ongetwijfeld spectaculaire koren uit de Freischütz en misschien nog meer naar de delen met koor uit Bizets Arlessiene-suites. Deze hoor je anders alleen met orkest.

Kortom: het seizoen is weer heerlijk begonnen!

> RKF-blog #1 > RKF-blog #2

woensdag 24 augustus 2011

RKF-blog #2: "Het revolutionaire is dat er nieuwe geluiden uit het orkest komen"

De Radio Kamer Filharmonie en het Groot Omroepkoor repeteren aan Der Freischütz, een opera van Carl Maria von Weber, de opening van het ZaterdagMatinee-seizoen op 3 september a.s.

blogger van dienst: Marjolijn Oonk, 2e viool

Hoe leert een orkestmusicus als ik zo’n muziekwerk als Der Freischütz kennen? Van tevoren bestudeer ik mijn partij: veel noten, een paar moeilijke of snelle. Er zit maar heel weinig melodie in voor de tweede violen. Op de eerste dag ben ik benieuwd hoe het geheel klinkt. Langzamerhand kom je in de sfeer van de muziek, nog zonder zangers of tekst. Elke dag geeft Michael Schønwandt een stukje van het verhaal prijs. Volgende week komen de zangers, het tekstboekje staat dan op onze lessenaar. Als het concert zal zijn afgelopen, ken ik het stuk pas helemaal. De dirigent kent het natuurlijk van tevoren, daarom stel ik hem vast vragen.

Ik bedenk dat het verhaal bestaat uit sprookjes; sprookjes? dat vinden we iets voor kinderen. Nu denken we dat het verhaal onschuldig is en naïef, maar er is een erotische ondertoon, in die tijd kon men niet directer iets uitbeelden over erotiek, benadrukt Schønwandt. Mendelssohn kon ook zo prachtig sprookjesachtig schrijven, we hebben een paar maal de Midzomernachtsdroom gespeeld. Ter illustratie heb ik een fotootje gemaakt van de voorkant van de partituur, een ets van een toverachtig bos met hertjes.

De muziek is revolutionair, bouwt voort op Fidelio van Ludwig van Beethoven van 20 jaar eerder. Je hoort ook Rossini, wat Webers bedoeling niet was (oppervlakkig, commercieel…), de tijdgeest misschien? Het revolutionaire is dat er nieuwe geluiden uit het orkest komen, de hoorns, klarinetten en hobo’s zijn pregnant gebruikt. De zangpartijen zijn tegelijk lyrisch en dramatisch. Agathe, gezongen door een sopraan, heeft twee zeer mooie aria’s, belooft Schønwandt. Juist door de tegenstellingen van sfeer, boertig, kluchtig, sensueel, komt die schoonheid tot zijn recht.

Het manuscript van Der Freischütz uit de Staatsbibliotheek Berlijn is in zijn geheel te zien op internet: http://dig​ital.staat​sbibliothe​k-berlin.d​e

> RKF-blog #1

dinsdag 23 augustus 2011

RKF-blog #1: "Dit is ongelooflijk frisse, vitale muziek"

De Radio Kamer Filharmonie en het Groot Omroepkoor repeteren aan Der Freischütz, een opera van Carl Maria von Weber, de opening van het ZaterdagMatinee-seizoen op 3 september a.s.

blogger van dienst: Josje ter Haar, 1e viool

De eerste dag na de vakantie. Je ziet er tegenop, zeker nu met de dreigende opheffing van ons orkest. Maar zodra je het MCO binnenloopt zie je de eerste collega's en begint een opgetogen en enthousiaste uitwisseling van vakantie- ervaringen:
"In coma naast het Como-meer..," 
"Jullie hebben allemaal een andere kleur gekregen!"
"Drie weken bij een vriendin aan de Bodensee!"
en al snel is het 9.45. Een kort welkomstwoord van Kees Dijk, onze manager. Hij spreekt de wens uit dat we elkaar de komende tijd kunnen blijven vertrouwen, bij alle moeilijke beslissingen die ons van buitenaf worden opgedrongen, en wenst ons sterkte daarbij.

Dan neemt Michael Schønwandt, onze chef-dirigent, de leiding. Hij vindt het heerlijk om ons allemaal te zien. Hij zegt over de Freischütz: "Dit is ongelooflijk frisse, vitale muziek en we gaan in onze klank zoveel mogelijk zonneschijn verwerken. Dus denk aan je mooiste vakantiefoto's en hou de zomer zoveel mogelijk vast!" 

Bij het repeteren krijgen we alvast wat voorproefjes van het dramatische verhaal: Donkere paukenslagen verbeelden de magische, loden kogels. Het belangrijkste zangthema gaat over de liefde die alle moeilijkheden overwint. De muziek is revolutionair. Er wordt gezegd dat Beethoven na het lezen van de partituur, de opera niet wilde horen omdat hij bang was nooit meer een noot te kunnen schrijven, zozeer was hij onder de indruk. Wagner had nooit aan zijn Fliegende Holländer kunnen beginnen zonder deze opera.

Als we het geheimzinnigste en meest duistere stuk aan het repeteren zijn begint het als illustratie buiten enorm te onweren.. We gaan twee mooie weken tegemoet!

> RKF-blog #2